Van maart t/m juli is de bloeiperiode op zijn hoogtepunt. Dat is de tijd dat bijen hun werk doen en als dank daarvoor nectar en stuifmeel verzamelen waarmee ze zichzelf en hun kroost groot brengen. Er waren in Nederland zo’n 450 soorten bijen, waarvan er 40 hommels waren en 2 of 3 soorten honingbijen. Inmiddels zijn daar nog 250 soorten van over. Waarom: teveel kale bloemloze gazonnetjes en weilanden, teveel spuiten en…. teveel honingbijen, die wat er aan eten is, weg snoepen voor de wilde bijen. Honingbijen maken 10 tot 50 kilo honing per volk om de winter door te komen en omdat alles en iedereen dat probeert  af te pakken, hebben ze angeltjes om zich te verdedigen. De wilde bijen zijn meest solitaire bijen en die hebben geen angeltjes, want ze brengen 1 druppel nectar en 1 klontje stuifmeel samen voor 1 larfje. Ze leggen dat in holletjes in hout of in de grond. Van wespen bestaan wel 12.000 soorten  in Nederland. Het verschil tussen bijen er wespen is niet zo groot. Bijen zijn geheel vegetariër en leven uitsluitend van stuifmeel en nectar. Volwassen wespen eten ook nectar maar jonge wespen worden groot gebracht op levende prooien. Voor elk soort insect is er wel een soort (sluip)wesp.

Bijzonder

Wespbijen heten zo omdat het bijen zijn die die het gedrag van wespen hebben overgenomen. Het zijn parasitaire bijen die het eitje van een andere bijensoort doden (meestal een zandbij) en dan peuzelt het larfje van de wespbij de etensvoorraad op die de andere bij voor haar jong bijeen gebracht heeft. Zoiets heet “koekoeksgedrag” en dat komt veel meer voor in de insecten- en wespenwereld. Op de foto staat een Witvlekwespbij. Zij verzamelt dus geen nectar en stuifmeel en laat het werk door een ander doen. Er zijn 46 soorten wespbijen.

Waar

Bleekvlekwespbijen leven  van zandbijen. En zandbijen hebben en voorkeur voor kale zandige stukken terrein. Hoewel de Haarlemmermeer vele klei heeft, zijn er genoeg zandige plekken zoals de forten op de Geniedijk en in de bebouwde kom langs stoepen.