Stichting MEERGroen is op vele terreinen actief en op veel manieren, afhankelijk van de
omstandigheden.
In wisselende samenstellingen wordt met talloze medewerkers en organisaties soms meer en
soms minder intensief tot wederzijds voordeel samengewerkt.
Voor een zestal projecten is er onder de vlag van MEERGroen een aparte werkgroep: Werkgroep Houtwijkerveld, Werkgroep Wandelbos, Werkgroep Tudorpark, Werkgroep Heemstede, Werkgroep Park 2020 en werkgroep Museumspoorlijn (Amsterdam/Amstelveen).
Sommige gebieden worden beheerd door een andere instantie (zoals bijvoorbeeld de Groene Weelde door recreatieschap Spaarnwoude) en voert MEERGroen, in overleg met die instantie, bepaalde taken uit.
Of zorgt MEERGroen voor een deel van het gebied, zoals bijvoorbeeld de Orchideeënweide en Amfibieënpoel van de Groene Carré.
Dergelijke regelingen zijn o.a. afhankelijk van de urgentie en de werksoort. MEERGroen is gespecialiseerd in werkzaamheden die door vrijwilligers uitgevoerd kunnen worden.
Dit zeer toegankelijk geschreven boek van ecoloog Franke van der Laan – dat begin december 2018 is verschenen - leest als een trein. Het grijpt je bij de lurven en drukt je met de neus op de (ecologische en economische) dynamiek die is ontstaan in het spanningsveld tussen leefomgeving en de eisen van de ‘moderne’ samenleving, waarvan de klimaatcrisis er maar 1 is. Het mantra ‘meer meer meer’ kan in deze tijd echt niet meer. Dat komt nog uit de tijd dat we kónden groeien, toen er nog rek in het (eco)systeem zat. Die rek is er allang uit! stelt Franke. Al sinds 1980 overvragen we de natuur; en voor de gevolgen (opwarming door te veel co2-uitstoot) sluiten we massaal de ogen en oren. Kunnen we het dan niet bevatten?
Ja en nee. Volgens de schrijver zijn er een tigtal blokkades in het menselijk denken en gedrag die ervoor zorgen dat we collectief deze crises onder tafel vegen. Daarnaast legt hij klip en klaar uit wat opwarming met de aarde doet en waarom er straks geen handige stop-knop te vinden is, als bepaalde natuurlijke mechanismes verder in werking treden. Kortom, de tijd om te handelen, is nu!
Het boek kost €20 + €3,30 verzendkosten en is te bestellen bij Franke van der Laan:
Email: info@stichtingmeergroen.nl
Telefoon: 06-48226490
Ook is het te koop bij BoekenBestellen.nl
Het eerste hoofdstuk is hier te downloaden (pdf).
Bomen zijn overal. Maar heeft u ooit stilgestaan bij wat een boom uniek maakt? Zijn
veerkracht, zijn kleurenpracht, zijn robuuste of juist sierlijke silhouet? Zijn leeftijd en
wat hij in die tijd allemaal heeft meegemaakt?
Franke van der Laan en Ans Röling speurden vier jaar lang de Haarlemmermeer af op zoek naar
monumentale en bijzondere bomen met hun verhaal. Het resultaat: een informatief boekje en 14
fiets- en wandelroutes door de hele Haarlemmermeer over ‘Bomen om bij weg te dromen’.
Het boekje en de 14 routes zijn te koop bij boekhandel Stevens in
Hoofddorp en bij heemtuin De
Heimanshof in Hoofddorp. De routes zijn geprint op papier dat een regenbuitje kan
verdragen; handig om mee te nemen onderweg.
Het boekje kost €2,50 per stuk. De routes €1,- (dunne boekjes) en €2,-
(dikke boekjes) per stuk. De complete set in wikkel kost €17,50.
Fietstocht langs de mooiste bomen van de Haarlemmermeer.
Download de route op je telefoon of tablet (iPhone, Android en
Windows). Zowel de app als de route zijn gratis.
Nu ook zonder gps, maar als pdf te
bekijken en te printen:
In november 2007 is ter voorbereiding op de opening van het Insectenpad (juni 2008) en ter verfraaiing van het Bomenpad (opening mei 2007) een groot aantal bollen, vaste planten, bomen en struiken en akkerkruiden aangebracht.
De bedoeling van de aanplant is meervoudig:
In het insecten- en bomenpadboekje, die via De Heimanshof verkrijgbaar zijn staat meer informatie over de relaties tussen de planten en de insecten.
Bollen: In 2015 zijn de informatiebordjes van de bomen route door de gemeente en het NMCX vernieuwd. De bollen die langs de route geplant zijn, doen wat er van ze verwacht werd. Deze wilde bollen houden zich taai en vermenigvuldigen zich jaar op jaar. Het meest hebben zich de uien uitgebreid: armbloemig look en daslook worden als echte plakkaten. Maar ook de winteraconieten en alle drie de sneeuwklokjessoorten doen het goed. De anemonen hebben meer moeite met het oprukkende groen zoals bramen en brandnetels en met het feit dat er veel naast de paden gelopen wordt. Tegen de verdichting die hierdoor ontstaat kunnen ze niet echt.
Insectenhotel Insectenpad: Onder de eerste hoogspanningsmast in het insectenpad langs de IJtocht hebben we sinds 2008 gebouwd aan een vandalisme bestendig insectenhotel bestaand uit den bouwwerk met ingeboorde holletjes en bamboe stokken en een rioolpijp met zand . In maart 2013 is eindelijk de laatste hand gelegd aan de laatste details. En voor het 4e jaar zijn er bamboestokjes aangevuld. Vanaf 2008 tot 2017 is er een gestage toename geweest van solitaire bijen. Dat geeft aan dat het hotel een functie heeft en dat er voor 2008 maar heel weinig bijen in deze buurt verbleven. Elk jaar worden in maart de windluwe en zonnige inhammen aan de westkant van het Haarlemmermeerse bos gemaaid en gewied om de condities voor insecten optimaal te houden
Stinsenplanten in het bos in de ondergroei langs de paden bij het bomen- en insectenpad:
Soort |
Bloeitijd |
Soort |
Bloeitijd |
Winteraconiet (geel) |
dec - feb |
Sneeuwklokje |
jan - mrt |
Bosanemoon (wit) |
feb-mrt |
Gele anemoon |
feb - mrt |
Blauwe anemoon |
feb-mrt | Daslook (wit) |
apr - juni |
Armbloemiglook (wit) |
apr- juni |
Salomonszegel (wit) |
juni - juli |
Vogelmerk (wit) |
mei- juni |
Longkruid (blauw) |
jan - juni |
Bollen: Kenmerk van de wilde stinzenplanten is dat zij zichzelf (onder gunstige omstandigheden, dwz als ze niet overgroeid worden door struiken of te veel belopen worden) verder uitzaaien. Langs het bomenpad is dat in de winter en vroege voorjaar goed te zien. Elk jaar verdubbelt het aantal bloeiende bollen zich . Het kan echter nog wel 5 - 10 jaar duren voor de hele berm van de paden vol begroeid is.
Akkerkruiden ingezaaid bij het insectenpad langs de IJtocht :
In mei 2009 beginnen de akkerkruidenstroken en vooral het die op het veldje bij de hoek N201
en de IJtocht weer in bloei te komen.
Opvallende bloeiers in dit veld zijn klaprozen, korenbloemen en een laag plantje met
opvallende wit en gele bloemen. Dit is geen inheemse soort: de moerasbloem.(zie foto)
Jammer genoeg zijn er in het zaadmengsel allerlei kunstmatige kleurvarieteiten van klaprozen
en korenbloemen terecht gekomen.
In juni 2009 staan veel van de zomerkruiden in bloei: opvallend zijn klaproos, korenbloem, knoopkruid (paars), bolderik(paars) rolklaver (geel: waardplant van icarusblauwtje), margriet, honingklaver (geel en witte). Minder opvallend zijn spiegelklokje (paars) en wondklaver (geel), voederwikke (paars) en tengere wikke (lichtpaars).
In 2010 is het deel van de bloemenweide dat gefreesd is (ongeveer 30 % op de hoek van de Driemerenweg en de N201) weer prima tot bloei gekomen. In alle niet gefreesde stukken is in een jaar de bloei eruit. Ook opvallend is dat alle gecultiveerde variëteiten korenbloem en klaproos weggevallen zijn. Alleen de "wilde" variëteiten zijn teruggekomen. In 2010 was het ook nodig om 3 m3 distels en zuring tussen de 500 m2 bloemen uit te trekken.
Het drie kilometer lange recreatiegebied Boseilanden is onderdeel van de Provinciale ecologische hoofdstructuur en vormt de groene schakel tussen de recreatiegebieden Groene Weelde in het noorden en Zwaansbroek in het zuiden.
Het gebied wordt begrensd door de Spieringweg aan de westkant, door de Drie Merenweg (N205) aan de oostkant en door de Kruisweg (N201) en de Bennebroekerweg aan de noord- en zuidkant.
Het gebied heet Boseilanden omdat er veel bomen komen en omdat de aangelegde terpen van
zand en grond omsloten zijn door veel waterpartijen.
Boseilanden is een afwisselend gebied met bomen, grasvelden, open water, rietzones en verhoogde dijken. De lange zichtlijnen en de kavelstructuur zijn karakteristiek voor het polderlandschap.
Boseilanden biedt een droge en een natte ecologische verbinding waardoor het aantrekkelijk is voor veel verschillende plant- en diersoorten. De droge gebieden bestaan voornamelijk uit bos. De natte verbindingen bestaan uit gebieden die tot vlak boven de waterspiegel zijn afgegraven. In Boseilanden zijn ecologische oevers (met een geleidelijke overgang van water naar land) en natte velden aangelegd. Deze gebieden vormen een ideaal leefmilieu voor veel planten, vogels en kleine zoogdieren.
In de Boseilanden zijn fiets-, wandel- en ruiterpaden. Het netwerk van die paden biedt variatie voor wandelingen of een rondje joggen.
Vanuit Boseilanden kun je doorlopen of fietsen naar de Groene Weelde of het groengebied van Zwaansbroek.
Het water biedt mogelijkheden voor kleine watersport zoals roeien en kanoën. De sloot die langs de Driemerenweg loopt vormt een doorgaande kanoroute.
Werkzaamheden
Langs de oevers zijn vele wilgen en elzen gegroeid die we moeten verwijderen. Deze nemen het zicht op de bijzondere eilanden weg. Dus zagen en snoeien van jonge boompjes.
We bouwen insectenhotels, nestkasten en egelkasten die we in tuinen, bossen en bij scholen en instellingen proberen te plaatsen om het belang van een groene leefomgeving te onderstrepen waar ruimte is voor meer dan de mens. Het werk bestaat zagen, schroeven, lijmen, boren en verven waarbij ons doel is zovele mogelijk eigen creativiteit in deze natuurkunstwerken te leggen.
Waarom zou je een insectenhotel in je tuin zetten? Het werkt twee kanten op. Voor kinderen is het leuk om de kleine beestjes te bestuderen en de insecten ruimen bladluis op. De beestjes hebben bovendien zo een schuilplaats en kraamkamer. Het hotel kan kamers bieden aan heel veel verschillende insecten, zoals hommels, lieveheersbeestjes, oorwormen, pissebedden en wilde bijen, maar ook padden en slakken vinden hier een plaatsje.
/*De bouw vindt plaats op de thuislocatie en moederorganisatie van stichting MEERGroen, heemtuin De Heimanshof, Wieger Bruinlaan 1 te Hoofddorp. In De Heimanshof is 60 % van alle natuurvariatie in Nederland te vinden
*/ /*Meer informatie op www.deheimanshof.nl */
In oktober 2009 is er door ruim 300 mensen meegewerkt aan het planten van 45.000 bollen (1200
m2) en het inzaaien van 0.9 ha weidekruiden en 0.6 ha akkerkruiden.
De
IJtochtstrook vormt een potentiële ecologische verbindingszone tussen het
Haarlemmermeerse Bos en het toekomstige Park van de 21e eeuw. Deze zone sluit aan bij de
projecten die in 2006 en 2007 zijn uitgevoerd i.s.m. de Wijkraad Overbos rondom Ravensbos en
met de Boswachterij van het Haarlemmermeerse Bos rond de inrichting van het Bomenpad en het
insectenpad
Elk jaar zorgen we ervoor in juni/juli dat de plaagplanten (distels en zuring) verwijderd worden voor dat ze zaad vormen. Rond 2011 was dat 30 m3 aan materiaal;. In 2016 was het nog 3 m3. En we zorgen er elk jaar in de nazomer in overleg met de gemeente voor dat er gemaaid afgevoerd en gefreesd worden. Eens in de 5- 7 jaar zaaien we een deel van de vakken bij. Daardoor is er van 2007 tot 2016 ononderbroken massale bloei gerealiseerd. Helaas wordt er regel matig voor werkzaamheden een ravage aangericht: hetzij voor de aanleg van rotondes, een brug, speelplaatsen, het boren van hoogspanningsleidingen. Dat laatste gebeurde eind juli 2016. Toen die schade in oktober 2016 weer hersteld was, werd dezelfde plek uit gekozen als baggerdepot in februari 2017...
Ook liggen er een aantal weidevakken die niet elk jaar gefreesd worden, maar alleen in oktober worden gemaaid en afgevoerd. In deze vakken is dit jaar een spectaculaire toename van allerlei klavers te zien, zowel witte als rode, en knoopkruid (paars bloeiend in augustus) en komen steeds meer op naast margrieten en ratelaar. Hoog boven deze planten uit staan geel bloeiend het Groot Streep zaad.
Op de ‘dijkjes’ die langs de Deltaweg en de Waddenweg lopen waar we 45000 narcissen hebben geplant die in maart en april bloeien staan in juni volop margrieten en steeds meer glad walstro.
Helemaal aan de zuidkant van de wijk vlak naast de rotonde met de Oude Bennebroekerweg is er naast de akker- en weidekruiden vakken ook een moerasstrook ingericht. Helaas wordt jaar na jaar met een grote tractor gemaaid. Hierdoor zijn een aantal interessante soorten zoals de Gagel struik verdwenen. Maar kattestaarten, ratelaars, koninginennkruiden waterplanten als waterlelies en kalmoes handhaven zich desondanks.
Hoewel de 7 weidestukken en de 6 akkerkruiden slechts met 2 soorten bloemenmengsels zijn
ingezaaid, zijn er dank zij de verschillen in bodemstruktuur en drainage misschien wel 5-6
soorten bloemenweides aan het ontstaan. Terwijl er i.t.t. de bloemenweides in Overbos
vrijwel geen plaagplanten zoals distels tot ontwikkeling komen.
Naast de rotonde is een
zandig stuk met akkerkruiden ingezaaid waarin vooral de kamille domineert, terwijl van jaar
tot jaar meer korenbloemen en klaprozen zich uitzaaien. In de weidestukken noordwaarts vanaf
de rotonde beginnen langzaamaan bloeiende margrieten de hun toegedachte rol op te eisen.
Daarnaast vallen korenbloemen, klaprozen en chichorei op. Chichorei is een verwant van
andijvie die een hoge plant wordt met blauwe bloemen.
Het is de moeite waar om een kijkje te gaan nemen bij de bloemenwei bij Ons Tweede Thuis. Die
ene wei heeft zich op 2 totaal verschillende manieren ontwikkeld. Achter het gebouw is de
grond vrij droog en voedselrijk en groen de klaprozen en koren- bloemen ruim een meter hoog
in een oogverblindende kleurenpracht.
Het vlakke stuk tussen het speelplaatsje en O.T.T.
heeft een totaal andere bodem die in de winter vaak onder water staat. Daar kunnen klaprozen
en korenbloemen niet tegen, maar wel de rolklaver. Dit veld is dan ook helemaal
boterbloemgeel.
En omdat rolklaver de waardplant is van het icarusblauwtje stikt het hier van deze bijzondere helderblauwe vlindertjes.
Situatie juni
In juni is de situatie onvergelijkbaar veranderd t.o.v. mei. In de akkerkruidenvakken staan alle bloemen in bloei: in sommige vakken domineert de kamille (foto 2), terwijl in andere akkerkruiden vakken (b.v achter de AMgroep: foto 1) de korenbloemen, bolderikken en klaprozen wel een meter hoog staan . In de in mei opnieuw ingezaaide weidekruiden vakken beginnen de kiemplanten de grond te bedekken. Daar krijgen we een bloemenveld wat later in het jaar.
Bollen Op drie dijkjes langs de Wadden/Deltawg zijn 50000 hyacinten geplant door basisscholen en wijkbewoners in een blokken patroon. Deze bollen hebben gebloeid van begin april 2009- half mei. De laatste bollenhelling bij eiland 1 is deels ingeplant rond 1 november en het werk is afgemaakt in december en na de vorst in februari. Het verschil in ontwikkeling van de bollen is goed te zien, maar ze komen allemaal op, zij het iets later. Vanaf volgend jaar zullen deze verschillen wegvallen. En de bollen zullen zich delen, zodat er over de jaren steeds meer bloemen zullen komen. Bij het planten is er ruimte voor deze vermeerdering gelaten. In 2010 zullen ze volledig 'gewend ' zijn en bloeien ze in maart en april. Na de bloei van de bollen komt er een weidemengsel in bloei, waarvan de margrieten het meest opvallen.
Het Groene Carré is een recreatiegebied dat als een vierkant om de luchthaven wordt aangelegd.
Het Groene Carré Zuid telt 70 ha in 7 percelen van ca 10 ha en ligt langs de N201/Rondweg Noord van Hoofddorp ( de ‘bulten’ in het landschap’)
Een van die percelen (de eerste ten oosten van de Hoofdvaart) is sinds 2009 in experimenteel ecologisch beheer van De Heimanshof/Stichting Meergroen in co-beheer gegeven om te kijken hoe dit ecologisch en recreatief verder ontwikkeld kan worden. In dit kader is een bloemenweide op de grondhelling aangelegd. De bodem is door de grondwerkzaamheden dermate verslempt dat na 2 maal herinzaaien in 2012 is besloten dat het niet haalbaar is. Langs de N210 is een natuurvriendelijke oever aangelegd met tal van moeras planten en droogte minnende planten op een nat- droog gradiënt.
Naast een schelpenpad met naastliggende bollenlint (bloei in maart t/m mei) is er ook een
trap en een natuurspeelplaatsje aangelegd met speelbomen.
Maar het meest interessante en best gelukte stuk is de wilgen kuil van ca 1 ha direct aan
het begin naast de hoofdvaart. Deze kuil die ruim 1.5 meter dieper ligt dan het maaiveld (
en 30- 50 cm boven het grondwaterniveau) was redelijk monotoon met 1 soort buitenlandse
wilg. Deze wilg is daar niet vitaal en heeft elk jaar zwaar te leiden van honderdduizenden
wilgenhaantjes. Tegelijkertijd zaaien allerlei bomen en met name berken en populieren zich
er sterk uit. Uit deze eenvormige kuil zijn we bezig een 6 tal biotopen te ontwikkelen.
Een derde laten we dichtgroeien tot een berkenbos en ook een windsingel langs de N201 mag
dichtgroeien. In de middenhelft van de kuil halen we elk jaar duizenden berken en populieren
weg , maar we sparen de spontaan opgekomen bijzondere bomen en de wilgen. Zo gaat er een
gevarieerd bos ontstaan met bv duindoorn, zilverabeel, kersenbomen, grove den, els, boswilg,
kruipwilg, kraakwilg, rode kornoelje, etc, etc, De weggehaalde bomen komen op takkenrillen
die schuilplaatsen voor vogels en kleine dieren vormen en een groeiplaats voor
paddenstoelen.
Dit gevarieerde bos met lage en hoge bomen en veel luwte en zonplekken heeft inmiddels veel vogelsoorten aangetrokken, waaronder een blauw bost (2012 en 2013) , grasmussen, fitissen, tuinfluiters, Ook de nachtegaal zou er verwacht kunnen worden. En in het bos groeien brede wespen orchissen, en talloze paddenstoelen in grote aantallen: de donzige en baardige melkzwammen, fopzwammen, oranje bloesem zwam, zwartwordende wasplaat (knalrood!), de grijze knotszwam
Het laatste van de kuil is geheel uitgegraven in een droog- nat gradiënt tot een waterdiepte van ca 30 cm minimaal. Bij sterke regenval loopt dit gedeelte geheel vol en bij grote droogte staat het soms bijna helemaal droog. Verder is de bodem voedselarm. Deze extreme omstandigheden zijn bij uitstek geschikt voor de ontwikkeling van bijzondere soorten planten en dierengemeenschappen.
Hier volgt een soortenlijst voor de Groene Carre Zuid-Amfibieënpoel en orchideeën weide:
Planten: De meest bijzonder soorten in vet)
Moeraswespenorchis ( in 2014 van 500- 4000)
Gevlekte (dit jaar van 40- 100) en ongevlekte rietorchis (van 300- 1000)
Brede wespenorchis ( 30)
Helychrisum mogelijk italicum ( Strobloem) 1 grote pol
Zomerbitterling: dit jaar van 1000- 10000!
Wondklaver: 20
geelhartje ( 400)
Gewoon duizendguldenkruid ( dit jaar van 500- 5000)
Fraai duizendguldenkruid : 100
Rolklaver: 1000
Gele lis: 30
moeraskartelblad (8),
Kleverige ogen troost ( 5)
Rode ogen troost ( 500; bos)
Stijve ogentroost ( 2000)
grote ratelaar ( 5000) en
kleine ratelaar (10),
kievitsbloem (100),
zomerklokje (500),
waterpunge (100),
leverkruid (500),
gulden roede (>1000),
grote waterweegbree (50),
kattenstaart (50- 100),
hangende zegge ( 5),
moerasrolklaver (20),
rode (500), witte (200) en kleine klaver (500),
pollen kruipend stalkruid (10),
paddenrus (50),
zeegroenerus (10),
zilte greppelrus ( 50)
pitrus (20),
een raar soort alg of levermos ( lijkt op zeesla maar dan dikker: 100-den) ,
de eerste beemkroon ,
wilde peen( 100),
margriet (25),
voederwikke (20),
biggenkruid (10),
heelblaadjes(100),
duizendblad (10),
knikkend nagel kruid (25),
vrouwen mantel (5),
grote pimpernel (10),
moerasvaren( 20),
wolfspoot (20),
moerasvergeetmijnietje(25) ,
watermunt (20).
oranje havikskruid( 100),
boskruiskruid( 20),
jacoskruiskruid (200),
bezemkruiskruid ( 100)
Naast riet en lisdodden die we zoveel mogelijk proberen terug te dringen staan er gele
lissen, kievitsbloemen, zomerklokjes, kattenstaarten, grote ratelaar, koninginnekruid,
guldenroede, margriet, pitrus, padderus, blauwe rus, fijne rus, voszegge, kleine klaver,
rode klaver, witte klaver, moerasrolklaver, rolklaver, etc etc.
In 2013 leidden deze klavers tot een spectaculaire explosie van icarus blauwtjes (meer dan
200) waarvan dit de waardplanten zijn. En ook het hooibeestje was algemeen (in juni) en 1
bruinblauwtje.
Kortom, het gebied ontwikkelt zich stormachtig tot een ecologisch gevarieerd en recreatief aantrekkelijk gebied.
Kleine dieren:
jacobsclinders (10-100) en rupsen (100),
icarusblauwtje zeer algemeen ( 50),
hooibeestje (10),
bruin zandoogje (40),
Gele weide mier (50-100 kolonies)
De aangeplante wilgjes worden elk jaar gedecimeerd door een wilgenhaantje(miljoenen)
massaal dit jaar poelslak (1000)
en vorig jaar bruine kikker (100) en kikervisjes visjes: ( 5000-10.000)
Mogelijk zijn er exemplaren van gewone padden, rugstreeppadden en vroedmeester padden ( !!) die moesten wijken voor de aanleg van de A9 deels hier uit gezet,; Of ze door de blauwe reiger die er veel vis zijn opgegeten of niet: ik heb geen bevestiging ( 2 avonden met lokgeluiden) kunnen krijgen
Vogels:
fitis (5-10 paar),
zwartkop ( 2-3 paar)
Tjiftjaf ( 2-23 paar)
blauwborst ( 2 paar)
Roodborst: ( 2-3 paar)
winter koning ( 3- 5 paar)
Ekster ( 1 paar)
In de winter zeer veel groenlingen en putters die van de rozebottels op de helling eten
Boom soorten:
Het bomen bestand wordt het steeds gevarieerder:
We kappen de overmaat berken er steeds uit en de geplante wilgjes worden elke jaar minder.
Er is in opkomst:
Ruwe berk (duizenden),
zwarte populier (honderden),
boswilg 100- 500,
dwergwilg/kruipwilg(tientallen),
zilverpopulier ( 100), duindoorn (250,
Oostenrijkse (?) den (50),
rode kornoelje (300),
duindoorn ( honderden)
zoete kers*( 25),
zwarte els (5),
allemaal zaailingen
Henk heeft nog gezocht naar dwergbloem of dwergvlas, twee soorten die in principe in een dergelijk terreintje ook voor kunnen komen, maar niets gevonden. Je zou hier ook nog soorten kunnen verwachten als draadgentiaan en oeverkruid! Dit zijn soorten die vroeger, met name op de Waddeneilanden, vaak op veldjes werden gevonden die elke winter onder water stonden en ’s zomers droog liggen. Sommige ijsbanen worden nog zo beheerd.
Er kunnen ook meer soorten russen voorkomen, maar die zou ik beter moeten bekijken en op naam brengen.
Optimaal beheer van dit gebiedje is in elk geval bij de poel weinig doen! Door de wisselende waterstand ( winter hoog, zomer laag) wordt een randzone in stand gehouden die open grond blijft houden, omdat ongeschikte planten verdrinken.
Wel is mijn verwachting dat op den duur de grond zal volgroeien ( natuurlijke successie), maar gezien de kwaliteit van het water en de bodem kan dat nog meer bijzonderheden opleveren. Enige verstoring door belopen en open schoppen is gunstig! Het maakt meer variatie en geeft ruimte voor de huidige soorten, die anders op den duur zouden worden verdrongen.
In het drogere deel kun je op termijn zanddoddegras, zilverhaver en ander klein grut verwachten.
Franke van der Laan i.s.m de Eco Wildlife stagaires: Roelof Telgen hof, Youri Bronwasser, Tom Massar en Marc van Wieringen
Henk Nijenhuis ( polder ecoloog)
Groene Weelde is een recreatiegebied dat ligt tussen Hoofddorp, Cruquius en Vijfhuizen. Het is een afwisselend gebied met bossen, waterpartijen en brede waterlopen met natuuroevers. Het recreatiegebied sluit aan op het Haarlemmermeerse Bos en omvat ook het voormalige Floriade deelgebied met de Big Spotters Hill.
Werkzaamheden: het creatief dunnen van te dicht geplante boompjes (diameter 5-12 cm) en het verwijderen van berk, wilg, els (1 - 20 cm diameter) uit orchideeënweides en -oevers. Van de verwijderde boompjes worden takkenrillen opgebouwd ten behoeve van paddenstoelen en kleine dieren.
De Haarlemmermeerspoorlijn van Amsterdam Haarlemmermeerstation tot Bovenkerk is niet alleen cultuurhistorisch uniek. Door de Historische tramlijn vereniging ( EMA) worden er routes met historische trams georganiseerd.
Maar ook de natuur op deze spoordijk mag er zijn. Daarom werkt Stichting MEERGroen sinds 2013 samen met de EMA om de dijk optimaal te beheren zodat zeldzame planten en dieren (ringslang, bijenorchis, koningskaars, kleine leeuwenbek, etc.) er kunnen gedijen. Zo rijden de trams niet alleen tussen muren van struiken en bomen, maar ook tussen zeeën van bloemen waaraan mens en dier plezier beleven.
Net als in de andere 40 MEERGroen-projecten (totaal 145 ha met 700 mensen in beheer) willen we rondom de spoorlijn een werkgroep oprichten die wekelijks om de 14 dagen of om de maand werkt, aangevuld met mensen die af en toe komen werken (een school, NLDoet, de nationale natuurwerkdag, een bedrijf met een teambuildingdag, etc.)
In al onze projecten proberen we 5 doelstellingen te bereiken: de Maatschappelijke,
Ecologische, Educatieve, Economische en Recreatieve meerwaarden die met actieve
burgerparticipatie te bereiken zijn.
We maken er altijd een leuke en voldoening schenkende dag van.
Neem contact op via:
info@stichtingmeergroen.nl
Meer informatie bij: Franke van der Laan, 06-48226490
Meer over deze lijn, zie www.museumtramlijn.org
De wijktuin is een uitloper van de woonwijk Houtwijkerveld (Hoofddorp), tussen de Kruisweg en
de Randweg (N201).
Het bestaat uit een grasveld van ongeveer 75 bij 75 meter en een bosje van 20 bij 100 meter.
Tussen grasveld en Kruisweg en tussen het bosje en de Randweg ligt een sloot van 4 meter
breed.
In de loop der jaren hebben we overal het riet, de zuring en de grote lisdodde onder controle gekregen, de laatste 3- 4 m3 zand weggereden en veel kleine boompjes getrokken in de wadi.
Dierenleven:
In de in maart geplaatste nestkasten zijn reeds flink wat nesten gekomen:
Het grote veld:
Jaar op jaar werden de klaprozen en de korenbloemen aanzienlijk minder ondanks het frezen en het nazaaien. In 2016 hebben we daarom het drastische besluit genomen 100 m3 (3 cm dik) compost door te frezen. Dat heeft het gewenste resultaat van massale opkomst van kiemplanten gegeven. In juni 2017 moet blijken of dat ook massale bloei geeft.
Leuke soorten op de vergrasde
heuvels: margrieten, grote kaardenbol, groot kaasjeskruid, muskuskaasjeskruid,
knoopkruid, veldzuring, ridderzuring, krulzuring, dagkoekoeksbloem, scherpe boterbloem
en (geplant): vrouwenmantel, veldlathyrus, fluitenkruid, gewone berenklauw, glanshaver,
kweek, kropaar, veel beemgras, kraailook.
Aardige ontwikkelingen op de gefreesde heuvels: klaprozen en heel veel bolderik,
margriet, korenbloem, wilde peen, knoopkruid, akkerkool. Leuk is ook de boslathyrus.
Op het kale (voedselarme en ’s winter dichtslempende) veld zijn veel
interessante ontwikkelingen:
Er begint kamgras te groeien (rode lijst soort!), en een hoopvolle ontwikkeling van
grote en kleine ratelaar (de kleine is ook een rode lijst soort). Jammer genoeg geen
rogge en klaproos, maar wel bolderik, echte kamille, rode klaver, witte klaver, kleine
klaver, rolklaver, gele
honingklaver, tengere wikke, tengere rus, veldbies, 1x een grote klis, hangende zegge.
Dankzij de vele klavers kunnen we veel Icarus blauwtjes (kleine vlinder) verwachten en
allerlei zweefvliegen en hommels.
Op een hoek achterin (achter de verstevigde ijsvogelwand) is de rogge goed opgekomen, samen met bolderik, klaproos, kamgras, klaproos, echte kamille.
In de zandbak (30 m3) vindt de zandzegge het heel fijn.
In de wadi en de vochtige oevers staat heel veel: bv. vlinderstuiken, geoorde wilg (opschot), knopig helmkruid, harig wilgenroosje, gulden roede, rolklaver en moerasrolklaver, klaproos, korenbloem, mannagas, lisdodde, padden rus, jacobskruiskruid, St Janskruid, timothee gras, gele lis, watermunt, grote waterweegbree, blaartrekkend boterbloem, pitrus, moerasvergeetmijnietje, bezemkruiskruid, engelwortel, koninginnekruid, veel heelblaadjes, cyperzegge, muskuskruiskruid, wederik, brunel, smalle weegbree, brede weegbree, duizendblad, klein hoefblad, speerdistel, ten minste 3 soorten havikskruid, gele morgen ster, groot streep zaad, melkdistel
In en om de amfibieënpoel staan de volgende soorten:
Waterdrieblad, krabbescheer, waterlelie, gele lis, koningskaars, cyperzegge, stokroos.
Op de heuvel die opgebouwd is met grond uit de amfibieënkuil groeit rietgras en bovenop lijken er redelijk wat condities om iets leuks op te bouwen (kruidentuin, wilgentenen-labyrint? ) anders overgroeit alles met kweek en andere grassen en zuring soorten.
In het bos is nu het meeste uitgebloeid; maar allerlei stinsensoorten breiden zich prima uit: winteraconiet, glanzige en gewone en grote sneeuwklok, gele en oosterse en bosanemoon, armbloemig look en daslook, longkruid. We moeten wel oppassen dat zaailingen van rode kornoelje, es en gewone esdoorn niet alles overgroeien. Jammer alleen dat 20% van het bos zonder voorafgaand overleg eind 2016 is weggegraven door aannemers die een tunnel gingen aanleggen onder de N201 door. Met een beetje overleg hadden weer voor 5000 euro aan stinzenbollen van te voren kunnen verplaatsen.
Najaar 2015 is een boomgaard van 45 appel, peren, wal noten, pruimen, Kwetsen, mispels en kweeperen aangelegd. In 2017 zijn deze boompjes goed aangeslagen en kunnen we de eerste oogst verwachten. En in 2 jaar hoefden e r slechts 4-5 boompjes vervangen te worden. De meesten door te hoog grond water en maar 1 of 2 door vandalisme.
Oorspronkelijk had het verhoogde grasveld een rechte
oever en werd door de gemeente gemaaid. Door de kleigrond en de tractorbandensporen bleef
het veld na regen een modderpoel.
Het bosje bestond uit dicht bij elkaar staande hoge bomen waar ook in het voorjaar geen
bloemen opkwamen.
In 2011 is een buurtproject ontwikkeld, in samenwerking met stichting MEERGroen, om het
gebied leuker te maken voor zowel kinderen als volwassenen en tevens ecologisch
interessanter.
Na aarzelingen en aanpassingen is de gemeente accoord gegaan met onze plannen.
Er is ook een filmpje gemaakt van de start van de natuurspeelplaats
Dankzij eenmalige subsidies is in september 2011:
Vervolgens is door buurtbewoners de grond gefreesd en ingezaaid. In het
bos zijn bollen gepoot, bij de oever en de vijver zijn plantjes geplant, er zijn speelbomen
neergelegd, boomstammen ingegraven in de wadi, een drietal vandaalbestendige bankjes zijn
gemaakt en er is een ´totempaal´ bij de ingang van het grasveld opgericht. Waar
de oever steil is gebleven, is een afscheiding gemaakt.
De werk groep is in die drie jaar gaandeweg uitgegroeid van 2 naar 10-15 mensen, uitgebreid af en toe met scholen, NLDoet , en team buildings dagen grotere groepen. Van juli 2013 tot juli 2016 is er zonder structurele vergoeding gewerkt met materiële steun in de vorm van koffie, gereedschap en een schaftwagen op basis van kostenvergoeding. In de loop van 2016 is er een beheer contract met structurele vergoeding overeengekomen. MEERGroen heeft nog een 30 tal ander projecten op het terrein van natuurbeheer en groenteteelt in 4 andere gemeentes. De meeste daarvan zijn niet structureel gefinancierd. Maar we doen die, om dat we het belangrijk vinden het signaal af te geven dat burgerparticipatie een waardevolle bijdrage aan de samenleving en aan het duurzaamheids denken kan geven.
Het streven is de activiteiten voortdurend verder uit te breiden .In Heemstede vanzelfsprekend ook in Groenendaal en in andere gebieden op extra dagen, met extra vrijwilligers en deelnemers groepen. Dat kan echter niet zonder een bepaalde vorm van organisatie, waarvoor we een goede coördinator aan kunnen trekken die het aantal projecten in Heemstede van de vrijdag uitgebreid naar andere dagen en terreinen. Dit jaarverslag maken we zoals van andere projecten als verantwoording voor de vergoeding die we ontvangen.
We hopen dat dit bijdraagt aan het vertrouwen en de het uitbreiden van de werk relatie. Met name richting Ben W en de gemeente raad.
Speelbos Meermond is in 2010 aangelegd als laag onderhoudsvriendelijke speelnatuur , een ijsvogel poel , een pontje en een bloemen weide, een picknick weide , een uitzichtheuvel met zone wijzer en speel toestellen en een wilgentenen hut. Het onderhouds vriendelijke karakter viel een beetje tegen. In 2013 groeide Meermond deels dicht met boomopschot (wilgen en elzen) , bramen, riet , Japanse duizend knoop en reuzenberenklauw, brandnetels en distels. Het wegwerken van deze ’plaag’ soort neemt nog steeds het merendeel van de tijd van onze werk groep in beslag. Sinds halverwege 2015 is het ’crisis’ beheer gaandeweg overgegaan in gewoon beheer en kwam er ruimte om nieuwe elementen te ontwikkelen. Zo zijn er inmiddels een boomgaard met 85 fruit bomen en stuiken tot stand gekomen, een ijsvogel wand, amfibieën poelen en een aantal l uitbreidingen van de wilgentenenhut , systematisch beheer van bloemenweide en langs het Spaarne is een stook moeras met cultuur historische elementen zoals essen hakhout en een knuppel pad ( heksen pad) tot stand gekomen. Dankzij dit beheer komen er steeds meer bijzondere dieren, paddenstoelen en voor en krijgen de ruimte (havik, buizerd, torenvalk, ijs vogel, groene specht, vos, water ral, Noorse woel muis, waterspitsmuis, pluimzegge, kale jonker, nachtegaal, water- en houtsnip, koningsvaren, koningskaars, braamsluiper, rietorchis, plooivoet stuifzwam, houtskool zwam, etc).
De MEERgroen projecten voeren we uit om dat we het zelf leuk en belangrijk vinden, maar net zo belangrijk vinden we het om zoveel mogelijk mensen daarbij te betrekken . Het liefste natuurlijk bij de uitvoering van ons werk en de dagelijkse natuur mirakels die we tegen komen. Het delen van onze kennis over wat er te zien en te eten is, is voor mens en ook al een openbaring. Daarom publiceren we regelmatig over de resultaten en de flora en fauna die we tegen komen, zowel in de lokale kranten als via sociale media. Ook hebben we Meermond visueel verbonden met het Spaarne door de overmatige boom- en bramen groei terug te snoeien. Het resultaat is dat er steeds meer mensen individueel of in school en groepsverband Meermond weten et vinden. Er worden geen tellingen bij gehouden, maar het wordt zeker elk jaar drukker. De Valkenburgschool is structureel betrokken bij het verzorgen van de boomgaard en de bij behorende oogst. Maar ook andere scholen uit de wijde regio weten Meermond steeds meer te vinden, net als Ninja’s jeugdnatuurclubs,. Scouts en BSO’s zowel om te spelen als voor sportdagen.
Sinds februari 2015 wordt er bijna om de 14 dagen door Werkgroep Heemstede van Meergroen met de boswachters van Groenendaal gewerkt in aanvulling van het werk van de IVN. Groenendaal is een landgoed van ca 100 jaar ,dat vol staat met monumentale beuken ,eiken en linde. En met een 20 tal esdoorns. Die esdoorns blijken zich zeer efficiënt uit te zaaien waardoor en miljoenen zaailingen van 30 cm tot 20 m hoog op gekomen zijn. Ook beuken doen dat in mindere mate. De Schotse Hooglanders die er grazen blijken deze bomen niet te eten en de schaapskudde die de afgelopen 2 jaar is ingezet eten alleen de jonge lage scheuten. Inmiddels is een groot deel van de monumentale bomen aan het zicht onttrokken door deze zaailingen. Jarenlang is deze plaag bestreden door de esdoorns af te zagen. Echter daarmee blijft de wortel stronk bestaan en daar groeit binnen 2-3 jaar weer een metershoge struik of boom uit.
Onze werkwijze met de nieuwe boswachter is daarom om deze esdoorns met wortel en al uit te steken. Dat gaat in de losse duin grond vrij eenvoudig. In bijna 2 jaar is inmiddels ca 15 ha op deze manier gereorganiseerd. Hierdoor komen de monumentale bomen beter uit en komt er ruimte voor andere facetten van ecologisch beheer. Ook wij vinden het namelijk leuker om niet alleen achterstallig beheer te corrigeren en ook bij te dragen aan de diversifiëring van de ondergroei en het recreatief aantrekkelijker maken van het landgoed. Daarom zijn we eind 2016 gestart met een project om verwilderingsbollen uit te zetten om de stinsenflora te verrijken. Een bijkomend voordeel is meer en andere doel groepen (zoals scholen) zich in willen zetten voor bollen planten dan voor bomen uitsteken. In de herfst/winter van 2016 zijn er 3 plantacties geweest met 19000 en 23000 gekochte bollen en 1000 gedoneerde bollen. In 2017 zal dit aangevuld worden met meer gedoneerde bollen en na de bloei in maart en mei ook met bollen die van elders gedund en verplant worden. Steeds met de bedoeling om meer mensen bij het landgoed en ecologisch beheer te betrekken.
Een kenmerk van onze werk wijze is dat we van elke activiteit maximaal profijt proberen te genereren. Zo gebruiken wij de meest geschikte boompjes die uit Groenendaal verwijderd worden om die elders in een klimaat bos uit te planten. Deze activiteit die door MY- Earth corporation i.s.m. Stichting MEERgroen de Metropool Regio Amsterdam (MRA) wordt onder nomen zou op termijn tienduizenden mensen willen betrekken om duizenden ha klimaatbos aan te leggen. Een van de eerste demonstratie percelen wordt naar verwachting in het voor jaar 2017 aangelegd in de Haarlemmermeer.
Op een warme zaterdag 6 juli verzamelde zich in de vroege morgen een kleine groep
vrijwilligers om op Park Meermond aan het werk te gaan. De
groep begon met het vervangen van een insectenhotel. Dit hotel was door vandalen in brand
gestoken. Wethouder Jur Botter stak bij de vervanging een handje bij (foto). Daarna gingen
de vrijwilligers aan de slag met het uitdunnen van een dichte groene wal van jonge wilgjes
in de oeverzone langs het Spaarne. Dit met het doel om vanuit Meermond weer zicht te krijgen
op de rivier (foto´s). Het was leuk om te zien dat nog tijdens het werk dit al vanaf
het water werd gewaardeerd. Binnen een half uur
legden de eerste nieuwsgierige boot recreanten aan op de vrijgemaakte oever voor een bezoek
aan het park. Aan het einde van de dag hadden wij tweehonderd wilgjes gekapt, waarvan er
veel opzij werden gelegd voor hergebruik voor de huttenbouw in het speelbos. Ook werd nog
een zwemsteiger weer uit onkruid te voorschijn getoverd en daarna weer voor gebruik
klaargemaakt. We hadden bijna een duik genomen, zo warm was het! Bij het teruglopen naar de
uitgang ontdekten we in de bloemenweide nog een bijzondere ereprijs soort, die je niet
overal ziet. Al met al werd het een bijzonder geslaagde dag die leert dat ook met weinig
handen veel werk verzet kan worden. Dat inspireert
hier na de vakantie (september) mee door te gaan. In het groen blijft namelijk altijd wat te
doen.
Wie doet er dan wel mee?
Aanmelden kan nog steeds: 06-43803837 Eric JagtmanPark Meermond is een nieuw natuurgebied aan het Spaarne, achter de gemeentewerf en parallel
aan de Cruquiushaven. Tot rond 1970 was het gebied in gebruik als gemeentelijke
vuilstortplaats. In 1999 werden plannen gemaakt om deze vuilnisbelt te saneren en in te
richten als natuurontwikkelingsgebied voor extensieve recreatie. De aanleg duurde van 2006
tot 2010.
De inrichting van het park is gericht op natuurontwikkeling. Terwijl de randen zijn
aangeplant met diverse inheemse heesters en bomen, vormen een open bloemenweide met enkele
solitaire bomen en een
uitkijkheuvel het centrum van het park. Begin 2013 wordt binnen het park een zogenaamd
Duurzaamheidspad aangelegd. Bezoekers worden via een aantal borden geïnformeerd over
actuele duurzame ontwikkelingen in en rond Park Meermond. Park Meermond is dagelijks open
van zonsopgang tot zonsondergang.
Tijdens een inloopavond op 10 juni 2013 heeft de gemeente het gesprek geopend over het
nieuwe concept groenbeleidsplan 2014. Heemstede vraagt onder meer de meming van
belangstellenden over het afschaffen van de kapvergunning voor bomen, voorstellen ter
verbetering of behoud van het groen en bereidheid voor particuliere groene initiatieven. Dat
laatste punt inspireerde omwonenden en vrijwilligers rond Park Meermond tot het maken van
plannen.
Moerasoever langs IJtocht aan de Overbos kant onder de Hoogspanningslijnen (ter hoogte van eiland 7 - 12 (van Floriande) en Savelsbos en Tolkheksbos (aan de Overboskant)
Tussen 2010 en 2013 is er veel gebeurd en precies
wat we hoopten: in deze vochtige voedsel rijke strook is het uitstekend toeven voor vele bijzondere planten. In 2011 verschenen de eerste kiemplaten van de moeraswespenorchis. Deze orchideeën verspreiden zich mede met wortelstokken, zodat er dichte matten van orchissen ontstaan die in juli en augustus roze/wit bloeien. In drie jaar tijd zijn er bijna tienduizend planten ontstaan en in 2016 waren er al rond de 200.000. Ook de rietorchissen, zowel de gevlekte als de ongevlekte vorm nemen hand over hand toe, in 2016 rond de 15000. Spectaculair is ook zoals de ratelaar zich ontwikkelt, vooral de grote ratelaar, maar daarnaast de kleine. Deze ratelaars zijn onze hoop om het ook opkomende riet onder de duim te houden. De ratelaar is namelijk een half parasiet die wortels van grasachtigen leegzuigt. Dit waren er honderdduizenden in 2016. Van af 2015 verscheen ook parnassia. In september 2016 telden we er tegen de 8000.
Aan de waterkant bloeien dotterbloemen, moerasvergeetmijniet vanaf april, de zomerklokjes in mei, de ratelaar bloeit in juni, net als de rietorchis. Dan neemt de moeraswespenorchis het over en daarna in augustus en september kattenstaarten en heelblaadjes. Dankzij de vele bloeiende planten vaart ook de insectenpopulatie wel. Vele vlinders, hommels, en zweefvliegen zijn er te bewonderen.
Een nieuwe bijzondere soort in 2013 is de opkomst van veenpluis op 2 plekken. En over de vele soorten grassen, biezen en zegges zal ik u niet vermoeien.
Deze moerasoever is in november
2008 door De Heimanshof met vrijwilligers aangepakt. In de winter van 2010 zijn in het
moeras enige duizenden zomerklokjesbollen geplant. Dat zijn een soort reuzensneeuwklokjes
die van natte voeten houden Deze bloeiden reeds in mei dit jaar en zullen als zij verder
aanslaan inde komende jaren verder tot ontwikkeling komen.
Ook zijn er in het
bosplantsoen naast deze strook 25.000 stinzenbollen geplant.
Dit jaar is vooral de
ontwikkeling van de geel bloeiende ratelaar spectaculair. Dit zijn allemaal eenjarige
planten uit het zaad van de planten die vorig jaar uitgezaaid zijn. Ratelaars zijn
halfparasieten die deels teren op voedingsstoffen uit de wortels van grassen.
De plek
moeraswespenorchis is dit jaar van 8 tot 17 exemplaren uitgegroeid. We hopen dat er
ondergronds van de 80 miljard zaden die wij uitgestrooid hebben zich ook duizenden
kiemplanten aan het ontwikkelen zijn. Deze plantjes zullen niet bloeien voor 2012.
Van
alle onderstaand genoemde uitgezaaide planten kunt u inmiddels bloeiende exemplaren
aantreffen.
Deze moerasoever is ongeveer 1 km lang, 15 m breed en ligt voor het grootste deel in de zomer
10-15 cm boven het slootniveau en in de winter 10 cm erboven. Totaal is het dus bijna 1,5
ha. De grond is deels klei en deels zandig. Af en toe staat er een rij knotwilgen. Er is
gras ingezaaid, maar de grond is daarvoor enigszins te nat, zodat er veel plekken open
blijven.
Vanuit De Heimanshof weten we van andere plaatsen, dat dit een bijzonder
geschikt terrein is voor massale orchideën: die willen vochtige voedselarme grond met
wat kalk erin van schelpen.
Ook andere moerasplanten zouden het hier heel goed kunnen doen. Er staan bijvoorbeeld al veel
moerasvergeetmijnietjes en zeggen en biezen.
Tijdens de natuurwerkdag van 2008 hebben we
(in overleg met de gemeente) zaad van geschikte planten dat in De Heimanshof verzameld is in
deze strook uitgezaaid.
Het betreft hier de volgende soorten en hun bloeitijden:
In juni 2009: staan er nieuw heel veel grote ratelaar; staan de moerasvergeetmijnietjes langs
het water overal in volle bloei; en komen er waterweegbreeplanten tot ontwikkeling. Een
oplettende wandelaar vindt ook de eerste moeraswespenorchissen.
Verder staan er heel
veel russen- en zeggensoorten en komen de eerste heelblaadjesplanten omhoog.
Ravensbos is een straat/wijkje dat ligt langs de N201 tegenover Claus partyhouse en in een
bocht van de plaatselijke hoofdweg: Leendersbos en de IJtocht. In 2006 zijn daar met de
gemeente en de Wijkraad Overbos een strook achter de geluidswal van de N201 (zie foto) en
een aantal stroken langs de IJtocht ingezaaid met akkerkruiden. Door werkzaamheden aan de
hoogspanningsleidingen, zijn deze stroken niet optimaal uit de verf gekomen en in 2007
opnieuw ingezaaid: In mei bloeien daar uitbundig het phacealia (bijenplant paars),
komkommerkruid (blauw), in juni, juli en augustus staat het vol met klaprozen, korenbloemen,
gele ganzebloem, kamille, margriet, verschillende soorten granen, zoals rogge, gerst en
tarwe. In augustus en september zijn er aan te treffen korenbloem, ridderspoor (blauw) en
allerlei soorten vlinderbloemigen.
In 2008 en 2009 zijn in deze natuurstroken grote
aantallen vlinders van verschillende soorten aangetroffen, met name icarusblauwtjes,
boomblauwtjes, bruine blauwtjes, bruin zandoogje, bont zandoogje, klein witje, geaderd
witje, gehakkelde aurelia en atalanta.
De bloemenweides zijn jaar in jaar uit met handkracht ontdaan van "plaagplanten" zoals distels en zuring.
Elk jaar werden de volumes minder: van 30 m3 in 2010 tot 8 m3 in 2012. Naast de planten die handmatig te verwijderen zijn komen er ondanks het feit dat er elk jaar gemaaid en gefreesd wordt toch steeds meer grassen, riet en duizendknoopachtig op. In 2012 was dit zo toegenomen dat er een speciale actie werd gehouden om dieper te frezen en extra zaad in te zaaien. De resultaten daarvan zijn in juni 2013 goed te zien. Er staan weer volop klaprozen en korenbloemen, rode ene witte klaver, kleine klaver en kamille en valse kamille met daartussen soorten als rogge, spiegelklokje, kegelsilenes, bolderiken, en steeds meer ratelaars. Ook de wikkes doen het nog steeds goed. En na een jaar afwezigheid zijn de honingklavers weer terug en komt er steeds meer knoopkruid en margrieten. Maar 2 velden die door werkzaamheden aan rotondes niet te bereiken waren voor de tractor die zou moeten frezen is er letterlijk niets meer van de bloemenweelde over. Dat geldt voor het veld bij de ingang van de Scoutingweg en het vak tegenover Roosterbos. Daar staat alleen nog gras, wikkes en veldlathyrus.
Insectenhotel Overbos:
In 2012 hebben we onder de hoogspanningleiding ter hoogte van de Braambos school een vandalisme bestendig insectenhotel geplaatst. Te midden van alle bloemenweides zou er voor solitaire bijen en wespen genoeg te eten moeten zijn. Dus een veilige nestel gelegenheid zou er goed van pas moeten komen. Na een jaar is de activiteit in het insectenhotels nog niet erg hoog. Er werden ca 20 metsel bijenholletjes geconstateerd en een ingang van een ’buikschuiver soort’ Dit zijn solitaire bijen die stuifmeel niet aan hun poten maar aan buikharen verzamelen. En deze soort, bv de behangersbij verliezen altijd veel stuifmeel bij de ingang van hun broedholletjes.
In het oorspronkelijke zaaimengsel kwamen veel phacealia en komkommerkruid voor. Dat zijn echter geen inheemse soorten die tegen vorst kunnen. In 2010 zijn deze soorten dus bijna verdwenen. Alleen de echt inheemse soorten zaaien zich prima uit en door. Dat betekent in april veel kegelsilenes, in mei kamille en van juni tm augustus domineren de korenbloemen en klaprozen. Maar er zijn nog veel meer soorten te vinden in minder grote aantallen: knoopkruid, ratelaars, bont kroonkruid, spiegelklokje, honingklaver en allerlei granen zoals roge, tarwe, gerst en haver.
Ook beginnen zich een paar planten tot een plaag te ontwikkelen: akkerdistels en zuring
vooral. In 2008 hebben we er 30 m3 uitgetrokken, in 2009 15 m3 en in
2010 is het tot 8 m3 gedaald. Tussen de bloeiende planten staan ook vele
vlinderbloemigen zoals voederwikke en rolklaver maar vooral tengere wikke.
Jammer is dat
voor het derde achtereenvolgende jaar de bloemenweide langs de IJtocht bij Ravensbos
omgeploegd en deels dichtgereden wordt voor werkzaamheden. Deze keer voor een nieuwe brug
over de IJtocht.
Door het maai- en freeswerk van de gemeente in september en oktober 2008 hebben de zaden van de akkerkruiden weer alle ruime gekregen. Leuk is het om te zien dat elk jaaar de soortensamenstelling veranderd. In 2008 domineerde de phacealia of bijenbloem. In 2008 domineerde de korenbloem. In mei 2009 lijken naast de korenbloem veel meer bolderikken en klaprozen en kegelsilenes op te komen. Een nieuwekomer is de ratelaar. Deze ratelaars zijn goed nieuws, want dat zijn (half) parasiteren op gras, waardoor dat minder zal groeien.
De zomerbloemen zijn geexplodeerd: In vergelijking met 2008 zijner veel meer klaprozen. Alle zaaistukken zijn er rood van (zie foto) . Ook de bolderik begint toe te nemen en de klaproos (dominante soort in 2008) handhaaft zich goed. Door een actie van De Heimanshof i.s.m Intel zijn bijn alle akkerdistels uitgetrokken voor zij kionden bloeien en zaad maken. Op de strook langs Ravensbos bij de Ijtioxcht hebben de grane zich ook goed uitgezaaid: te vinden zijn rogge, gerst en tarwe. Interessant is dat er ook nieuwe soort langszama aan het oopkomen zijn: margrieten, heel veel kamille, knoopkruid, ratelaar. Ook honingklaver, voederwikke en tengere wikke staan op sommige plaatsen erg dicht.
Een deel van de bloemen, zoals de klaprozen is in deze periode van het jaar op zijn retour.
Dat wil niet zeggen dat de natuurstroken onmiddelijk gemaaid moeten worden. De planten zijn
namelijk nu druk doende om de zaden te vormen die ervoor zorden dat volgend jaar de
natuurstroken weer net zo mooi of mooier zullen zijn. En intussen is er nog van alles te
zien. Zo beginnen er nu kaasjeskruiden te bloeien en staan er bijzonder blauwe bloempjes: de
riddersporen.
Die riddersporen zijn in Nederland heel zeldzaam geworden en zijn daarom streng beschermd.
Wat er de moeite waard is om nu eens nader te bekijken zijn de oude graanrassen die we drie
jaar geleden hebben ingezaaid en die het prima doen met het gevoerde maai- en freesbeheer.
Vooral in de strook langs Ravensbos bij de IJtocht zijn te vinden pauwegerst,
langnaaldgerst, zwarte gerst, veelrijige gerst, 6-rijige gerst, zomertarwe en rogge.
Pauwegerst is erg bijzonder: het is een van oudste primitieve gerstrassen (met 2 rijen
korrels) waar tienduizenden jaren geleden de huidige gerstrassen (met 6 tot 8 rijen korrels
uit veredeld zijn.
Zie het verschil in de foto´s
Pauwegerst: (2 rijen korrels) en Langnaaldgerst (6 rijen korrels)
Op het veld tussen Ravensbos en Mastbos zijn handmatig 16.000 kleine bollen van het soort Boerenkrokus geplant met 30 vrijwilligers en met een bollenplantmachine 60.000 gele narcissen. De narcissen (2 rassen gemengd) bloeien van vroeg in januari tot eind maart en de krokussen (paarsblauw) bloeien in april.
Het rotsenveld van ca 50x70 m bestaat uit grote en kleinere keien, waartussen kleine en grote boompjes opgeschoten zijn en (weinig) ongewenste kruiden opschieten. Het is ecologisch een uniek gebied en ligt op een zichtlocatie bij een toegangsweg van Hoofddorp: de moeite waard om er iets leuks van te maken.
We maken het terrein geschikt voor het introduceren van bijzondere planten en dieren zoals vetplanten en hagedissen. Elk jaar intensiveren we het beheer. In 2016 hebben we zelfs een week of 10-15 aan dit terrein gewerkt ( 1 middag per week)en daarbij een kraantje ingezet om grote boomstronken te verwijderen. Inmiddels is 60/ 70 % van het terrein daarmee op orde gebracht. Maar er zijn nog vele bramen en boomstronken die ´aandacht verdienen in de komende jaren.
Adres: Musholm 49, 2133 HN Hoofddorp
Het Tudorpark (Toolenburg-Zuid in Hoofddorp) is een nieuw te bouwen wijk waar 1200 woningen zijn gepland. Eind feb 2014 werd de eerste fase gestart (81 woningen).
Een deel van het braakliggende terrein aan de Bennebroekerweg is ingericht als moestuin
voor een periode van minstens twee jaar. Bewoners uit de naastgelegen wijk Toolenburg en
belangstellenden voor een woning in Tudorpark huren elk een tijdelijke moestuin van 18
vierkante meter. In 2015 is er een actief bestuur opgestaan en zijn het aantal tuintjes uit gebreid van 40 naar 65 en is een bloemenweide en een bijenstal toegevoegd
Geschiedenis
Een deel van het braakliggende terrein aan de Bennebroekerweg wordt ingericht als moestuin voor een periode van minstens 2 jaar. Bewoners uit de naastgelegen wijk Toolenburg en belangstellenden voor een woning in Tudorpark huren elk een tijdelijke moestuin van 18 vierkante meter.
Op 23 maart 2013 vond de eerste tuindag plaats.
Voor meer informatie zie : www.facebook.com/Tudorpark en de ´in het nieuws´ pagina van deze site (2 artikelen).
Het Wandelbos (6,5 hectare) is het oudste bos van de Haarlemmermeer. Mede vanwege de leeftijd is het Wandelbos ecologisch interessant. Je vindt er prachtige spechten, er zit een uilenkolonie, dertig ransuilen roesten er, de reigerkolonie, en sinds kort broeden er boomklevers.
Werkzaamheden:
Elke maandag is de werkgroep van MEERGroen er actief. Grotere acties vinden plaats op de
nationale klusdagen en als een grote groep een dagje heeft ingetekend.
We willen de 100 jaar oude bomen goed uit laten komen en ruimte bieden voor de
stinsenplanten en de bijzondere orchideeën op de bosbodem, in het bijzonder de
bedreigde populatie van Grote Keverorchissen.
Het werk bestaat uit snoeien, maaien,
kleine boompjes uitsteken en zagen (meest 5-12 cm diameter) en af een toe als uitdaging een
grotere boom.
Vijf jaar lang tot 2016 hebben we elke maandag gewerkt en toen werd eenzijdig het contract door de gemeente opgezegd, omdat er grote werkzaamheden werden uitgevoerd. In de tijd hadden we net de oeverbomen, de woekerende onderbegroeiing van bramen, ribes, rode kornoelje, sneeuwbes. reuzenberenklauw en Kaukasische vleugelnoot onder controle en hadden we de stinzen bollen onderbegroeiing drastisch uit gebreid. Ook hadden we het aantal grote keverorchissen weer van 30 naar 140 stuks weten te verhogen ( was 300 in 2008).
Geschiedenis
Het Wandelbos is op het dieptepunt van de crisis, rond 1935, ontworpen door architect Wieger Bruin. Zo’n 400 werklozen hebben zowel het Wandelbos als de Fruittuinen met de hand aangelegd. Hoofddorp had toen 2500 inwoners. Eigenlijk is het een proefproject geweest voordat het Amsterdamse Bos werd aangelegd.
Het Wandelbos is deels aangelegd op de oude vuilnisbelt van Hoofddorp. Die is afgedekt
met een laag Hoogovens-as; een afdeklaag tjokvol met zware metalen als cadmium en lood. Dat
is een belangrijke natuurbeschermingsactie gebleken, want niemand durft daar een schop in de
grond te steken. Daarom is dit bos gevrijwaard gebleven van de overal oprukkende woningbouw.
Je vindt er de mooiste, zo’n honderd jaar oude bomen: plataan, taxus, moerascypres,
winterlinde, es, populier en vleugelnoot.
In 2006 is er het begin van een stinsenplanten ondergroei aangebracht.
Sinds de zomer van 2012 is het beheer overgedragen aan (een werkgroep van) MEERGroen.
Naast het station Hoofddorp is sinds een aantal jaren een nieuw kantorenpark ontwikkeld met de ambitie om het meest duurzame kantorenpark van Europa te zijn. Dat komt op allerlei manieren tot uitdrukking: bv in het ‘Cradle to cradle’ bouwconcept, in het toepassen van principes uit de ‘circulaire economie’ en door pogingen om de water kringloop lokaal te sluiten. Door de krediet crisis bleef een deel van het terrein langer braak liggen dan gepland, waardoor er veel wilde vegetatie op schoot.
Via het lokale biologische lunchrestaurant zijn we als MEERGroen in gesprek gekomen met de projectontwikkelaar Delta. Het resultaat van die gesprekken was dat er niet een gazon, maar een tijdelijke voedseltuin, een vlindertuin en een natuurtuin op dit terrein gekomen is voor 3 jaar. De voedsel tuin van 0.4 ha, waar ook een kas bij hoort wordt door MEERGroen ontwikkeld en beheerd ten behoeve van het restaurant en afname in het park. In juli 2015, halverwege het groeiseizoen kwam de tuin beschikbaar. In 2015 werd er met 3 mensen door de week en met een grotere groep op de dinsdagmiddag gewerkt. De ambitie is om deze groep stap voor stap uit te breiden en in de loop van deze 3 jaren ook de mensen uit de kantoren erom heen (30.000 mensen) bij het beheer en het eten uit de tuin te betrekken.
In 2016 is deze werk groep gaande weg uitgebreid naar een tiental mensen. Ook is de kwaliteit van de ( bouw) grond verbeterd door er 300 m3 compost op te brengen. Inde 2016 ware de oogsten dan ook een veelvoud van de opbrengst van 2015 en komt er steeds meer belangstelling uit de omliggende klantoren, deels door de zaai- en oogst feesten, maar ook door de verkoop van groenten. Op die manier wordt ook geprobeerd de biologische cyclus en het ‘de handen uit de mouwen steken’ in het duurzaamheidsconcept van Park 2020 een grotere rol te geven. In 2016 is met name veel werk gemaakt van het oogstfeest in september, waarbij onder iedere autoruit en op het naastgelegen station geflyerd is.