Bijna iedereen kent wel fluitenkruid, een schermbloemige plant die in april
de bosranden, weiden en bermen siert. Niet iedereen weet dat er
honderden soorten schermbloemen zijn, waarvan er vele de moeite waard
zijn om nader te leren kennen. Zo zijn wortels, peterselie, selderij, venkel,
pastinaak,kervel, etc allemaal schermbloemen, zonder welke onze keuken
een stuk armzaliger zou zijn. We weten alleen vaak niet dat het
schermbloemen zijn omdat schermbloemigen een 2- jarige cyclus hebben
en voor dat ze aan bloeien toekomen(in hun 1e jaar) eten we ze al op.
Daarnaast zijn er nog tientallen wilde soorten schermbloemen die allemaal
in De Heimanshof te vinden zijn: engelwortel, berenklauw, grote en kleine
bevernel en exotische soorten als gouden ripzaad, beverneltorkruid,
torkruid, roomse kervel, naaldenkervel, gevlekte scheerling,
waterscheerling en ga zo maar door. Vandaag zag ik bij verpleeghuis
Bornholm een soort massaal bloeien, die ik daar niet zo gauw verwacht
had: dolle kervel. Dolle kervel is een wat fijner dan fluitenkruid. Het groeit
ook in bosranden en bloeit later dan fluitenkruid. De soort is het best te
herkennen aan het feit dat de stengels paars gevlekt en harig zijn.
Bijzonder
Dolle kervel dankt het 1e deel van zijn naam aan het feit dat koeien die er
veel van eten, zich gaan gedragen alsof ze dronken zijn. Dolle kervel is
dan ook (licht)giftig. Het tweede deel verwijst naar zijn gelijkenis met
echte kervel. Maar ze zijn niet nauw verwant.
Waar
Dolle kervel groeit op half beschaduwde plekken op droge tot vochtige,
voedselrijke en vaak kalkhoudende grond. Je vind hem in bermen, ruig
grasland, heggen, bosranden, braakliggende grond, bij industrieterreinen,
plantsoenen en akkerranden. Dolle kervel komt voor in Midden en Zuid-
Europa, de Kaukasus en NW Afrika. In Nederland vindt je dolle kervel
vooral in Zuid-Limburg, het zuiden van Zeeland, in het rivierengebied en
in het oosten en midden van het land. En dus in Bornholm en de
Heimanshof.