De natuur is een oneindige bron van variatie en fascinatie. Als
´doorgewinterde´ ecoloog, dacht ik dat ik alles wel eens gezien zou
hebben. Maar deze week viel ik weer eens van mijn stoel van een
vreemde uitwas op een maïsplant. Deze bult of buil bleek
maisbuilenbrand te zijn, een van de vele brandschimmelsoorten.
Brandschimmels zijn schimmels met een ingewikkelde levenscyclus, die
een groot deel van hun leven onopgemerkt binnen de waardplant leven.
Hun levenscyclus kent wel 7 verschillende fasen, waarvan er enkele 1 set
chromosomen hebben en andere fasen met een gewone dubbele set per
celkern. Hoewel builenbrand alle delen van de plant kan aantasten, tast
het vooral snel delend weefsel aan, zoals de kolf. Via de stijl dringt de
schimmel het vruchtbeginsel binnen, waarna een tumor of woekering
optreedt vergelijkbaar met paddenstoelen (zie foto).
Bijzonder
Builenbrand is een zwakteparasiet en tast alleen beschadigde en/of
verzwakte planten aan. B.v bij droogte ontstaan scheurtjes in de
maisplant waardoor de brandschimmel kan binnendringen. Na infectie
ontstaat builenbrand: grijsachtige builen, omgeven door een vlies. Dit
vlies barst na enige tijd open, zodat grote aantallen ´brand´sporen
vrijkomen (die op roet lijken). Deze sporen zijn niet giftig, al kunnen er op
de builen wel andere schimmels groeien, die dat wel kunnen zijn.
Uit proeven blijkt, dat voeren aan vee van ingekuilde snijmais met veel
(maar minder dan 30 %) builenbrand geen duidelijke problemen geeft
voor diergezondheid, vruchtbaarheid en melkproductie. De schimmel vreet
wel het zetmeel op, waardoor de voederwaarde afneemt.
In Mexico worden de aangetaste, onrijpe kolven als een delicatesse
gegeten. De kolven worden voor dit doel 2-3 weken na infectie geoogst en
daarna gekookt.
Waar
Maisbuilenbrand komt alleen op mais voor. De kans op aantasting is
groter op lichte zandgronden en op percelen, waar elk jaar mais wordt
verbouwd. De gemelde gevallen kwamen uit een perceel bij Burgerveen.