We zitten midden in de herfst, het blad valt massaal van de bomen en er
zijn nog maar weinig plantensoorten die energie hebben om te bloeien.
Toch zijn er nog een paar dappere doorzetters die wat kleur geven aan
deze grijze tijden. Eén daarvan is zegekruid. De hoofdbloei van deze plant
is van juni tot september, maar zonder strenge nachtvorst bloeit deze
plant veel langer door. Je vindt de plant zowel in het wild als in tuinen.
Zegekruid is eenjarig en wordt meestal niet meer dan 80cm hoog, maar
op voedselrijke grond kunnen de planten veel hoger worden. Zegekruid is
de enige soort in het geslacht Nicandra. De klokvormige bloemen van
maximaal 4 cm groot, zijn lichtblauw en wit en bloeien meestal maar 1
dag. Het zegekruid is verwant aan de lampionplant en maakt net als deze
soort een soort lampion van kelkbladen met daarin een grote bruine bes.
Deze decoratieve zaaddozen kunnen gedroogd worden voor
droogboeketten.
Bijzonder
Zegekruid is een plant, die zichzelfmakkelijk uitzaait en handhaaft. Het is
een plant uit de nachtschade familie, die berucht is om zijn giftigheid,
maar in ieder geval de bladeren van Zegekruid zijn dat niet. Verschillende
bronnen zijn echter strijdig over de giftigheid van de zaden. Omdat de
plant behoort tot de nachtschadefamilie, is voorzichtigheid geboden. Het
zegekruid is een plant die in de biologische groenteteelt wel ingezet wordt
om witte vlieg af te schrikken. Deze soort kan veel schade aan b.v
koolplanten toebrengen. Of dit de reden is voor de intrigerende naam
zegekruid, heb ik niet kunnen achterhalen.
Waar
Zegekruid heeft een voorkeur voor zonnige, open plaatsen op
voedselrijke, vrij droge, omgewerkte grond. Je vindt de soort in
moestuinen, aardappelakkers, ruderale plaatsen, omgewerkte bermen,
ruigten en braakliggende grond. De soort komt oorspronkelijk uit Zuid-
Amerika (Peru) en is in West-Europa en Nederland inmiddels vrij
algemeen. In De Heimanshof heeft de soort een voorkeur voor de
schooltuintjes.