De eerste associatie met insecten van veel mensen is ´eng´ tot ´steekt´ of ´jeukt´. Dat de meeste insecten eerder een oordeel verdienen als ´fascinerend´ of ´nuttig´ heb ik al
vaker proberen te onderstrepen. U kunt dit zelf op het insectenpad in het
Haarlememrmeerse Bos constateren. Gelukkig zijn er ook insectengroepen die aan
dit oordeel ontsnappen en de vlinders is daar één van. Dat vlinders heel populair zijn
blijkt uit de aandacht voor vlindertuinen, maar ook aan de grote aantallen mensen die
aan vlindertellingen meedoen. Dit weekend (1 en 2 augustus) is er een grote
landelijke tuinvlindertelling waar iedereen aan mee kan doen. Ik roep iedereen hierbij
op om daaraan mee te doen en de vlinderpopulatie van onze polder ´op de kaart´ te
zetten. Alle informatie vindt u op www.vlindermee.nl.
Een van de vlinders die u daarbij kunt tegenkomen is het landkaartje. Het is een
dagvlinder uit de familie van de vossen, parelmoervlinders en
weerschijnvlinders. Het landkaartje dankt zijn naam aan het netwerk van
lijnen op de onderkant van zijn vleugels (zie foto 1). De waardplant van
de rupsen is de brandnetel. De eitjes worden in snoertjes aan de
onderkant van de bladeren gelegd. De rups van het landkaartje is zwart
met roodbruine doorns. Ook de verpopping vindt op de waardplant plaats.
De pop overwintert.
Bijzonder
Het landkaartje komt voor in twee totaal verschillende vormen. De eerste
generatie in het voorjaar (eind april tot juni) is oranjerood (zie foto 2) met
zwarte vlekken terwijl de zomergeneratie (eind juli tot oktober) zwart is
met een witte band (zie foto3) . De zomervorm vliegt op dit moment. Het
landkaartje is één van de dagvlindersoorten die de laatste decennia
algemener zijn geworden.
Waar
Het landkaartje komt voor in gemengd bos, zoals stedelijke parken en
tuinen als daar maar brandnetels staan. Er bestaan trekvlinders (die van
Afrika komen), zwerfvlinders(die het hele land doortrekken) en
standvlinders. Het landkaartje is van het laatste type en vliegt niet ver
van waar hij uit de pop komt. Op de Heimanshof zit er al 2 weten een stel
op een vaste plaats. Het is een vrij algemeen soort van heel Europa, die
het ook in Nederland goed doet. De soort heeft zijn leefgebied weten uit
te breiden van alleen het oosten en zuiden van Nederland (vroeger) tot
het gehele land (nu).