Oorspronkelijk kwam er in Nederland 1 soort rivierkreeft voor. Een paar honderd jaar geleden was dit dier was dit dier zo algemeen, dat het beschouwd werd als voedsel
voor de armen. In de loop van de 19e eeuw brak de zogenaamde kreeftenpest uit.
Hierdoor is onze inheemse kreeft (tot 25 cm lang) vrijwel uitgestorven, behalve in
een geïsoleerde vijver in Arnhem. Dit uitsterven is mogelijk te wijten aan het
importeren van buitenlandse rivierkreeften, die resistent zijn tegen deze ziekte en
daarom waarschijnlijk drager. Dit geldt vooral voor de Amerikaanse of gevlekte
rivierkreeft ( tot 16 cm lang)en de Rode Amerikaanse rivierkreeft (tot 15 cm lang).
Beide soorten zijn aan een opmars bezig in Nederland. De Amerikaanse rivierkreeft
werd voor het eerst in 1968 waargenomen, maar komt nu bijna overal voor. Op
sommige plaatsen is deze zo algemeen, b.v. in het Ijselmeer, dat zij fuiken van
palingvissers volledig vullen. Een 4e ingevoerde soort is de Turkse rivierkreeft (tot 25
cm lang) terwijl een 5e, de Californische rivierkreeft, tot bijna aan onze grens is
opgerukt.

Bijzonder

:
Rivierkreeften leven van aas, kleine diertjes en plantaardig materiaal. Ze hebben een
ingewikkeld leven, want ze lopen met 10 poten (inclusief de scharen) en eten
daarnaast met nog eens 5 paar mondpoten. De meeste zijn actief in de
schemering en nacht, maar b.v. de Rode Amerikaanse kreeft is ook overdag actief.
Deze soort heeft ook de gewoonte over land van sloot naar sloot te trekken, soms in
grote aantallen.

Waar

:
Ook in de Haarlemmermeer komen de Rode en de Amerikaanse rivierkreeft voor.
Vooral de Rode Amerikaanse kreeft is algemeen. Hij is te herkennen aan het feit dat
hij zwart en rood gekleurd is, met helderrode vlekken en stekels op zijn scharen. De
Amerikaanse Rivierkreeft is bruingroen van kleur en is te herkennen aan donkerrode
vlekken op de bovenkant van zijn achterlijf. Wie de kreeften wil zien: van de
Haarlemmermeerse beroepsvisser hebben we van elke soort een paar exemplaren
op de Heimanshof te gast gekregen.