De Gele Kornoelje is een groot deel van het jaar een onopvallend struikje of kleine boom. Het is een zeer langzaam groeiende plant, waarvan het hout om die reden erg hard is. In maart doet de gele kornoelje zijn naam eer aan. Voordat er blad aan zit en voordat andere bomen en stuiken in blad komen, wordt het hele struikje knalgeel van de bloesem (foto). Ik zou deze column dus eigenlijk in maart moeten schrijven, maar ik doe het nu omdat door het vreemde weer van deze winter de gele kornoeljes al sinds de eerste week van januari in bloei zijn gekomen. Ik hoop dat ze die bloei tot in maart volhouden. Ook in september is de struik weer opvallend: uit de bloesem komen namelijk eetbare vruchten. De hele struik kan dan rood zijn. Ze zijn wat zuur, maar er kan jam en sap van worden gemaakt.
Bijzonder
De naamgeving van de kornoelje familie is wat bizar. De gele kornoelje heet geel vanwege zijn bloesem. De rode kornoelje die in Haarlemmermeerse bossen een plaagplant is, heeft echter geen rode bloemen, maar witte. Deze heet rode kornoelje omdat zijn groene takken in de winter rood kleuren. Wel niet zo rood als de Japanse sierkornoelje, maar toch. Zijn zwarte bessen zijn niet eetbaar voor ons mensen, maar wel voor vogels. En wat voor bloesem zou de witte (sier) kornoelje hebben: ook wit. Want deze struik heet wit om dat hij witte bessen heeft. De gele kornoelje staat graag op kalkhoudende grond, dus dat past wel bij de Haarlemmermeer. Hij is in Nederland zo zeldzaam dat hij op een wettelijke bescherming geniet en op de zogeheten rode lijst staat als ‘zeldzaam, maar stabiel’.
Waar
Er stonden een paar prachtige gele kornoeljes langs de Hoofdvaart in Hoofddorp. Maar die zijn het afgelopen jaar gesneuveld. De enige gele kornoeljes die ik ken in de Haarlemmermeer, staan in De Heimanshof en in het bomenpad van het Haarlemmermeerse bos. Gele kornoelje komt in een groot deel van Europa tot ver in Turkije van nature voor. De struiken groeien in en langs randen van bossen.