De kievitsbloem is een in het wild in Nederland zeer zeldzaam voorkomend bolgewas. De bloem komt voor met paars geblokte of witte bloemblaadjes. De planten doen er 4-8 jaar over om in bloei te komen. De zaden zijn relatief groot en verspreiden zich drijvend op het water. De plant heet voor z′n verspreiding van de zaden volledig afhankelijk te zijn van overstromingen en een hoge waterstand in de winter. Echter in en om De Heimanshof verschijnen kievitsbloemen vaak spontaan op allerlei plekken in bos en bosranden. Misschien slepen mieren ook met zaad. De kievitsbloem kwam veel voor in voedselarme blauwgraslanden in het Groene Hart en werd daar ook wel veentulp genoemd. De naam kievitsbloem komt van de overeenkomst van de paarse bloem variant met de kleur van kievitseieren. Men kwam de kievitsbloemen in het weiland tegen als men naar kievitseieren zocht.
Bijzonder
De kievitsbloem werd als bloemgewas al vroeg gewaardeerd. Rond 1820- 1830 werden er zoveel ‘veentulpen’ geplukt dat mensen zich gingen realiseren dat deze gewaardeerde wilde plant wel eens zou kunnen uitsterven. De allereerste natuurwet die in Nederland werd uitgevaardigd ging dan ook over de bescherming van de kievitsbloem. Nog steeds is deze plant bedreigd. Nu niet meer zozeer vanwege overmatige pluk, maar vanwege overmatige mest toediening. De kievitsbloem richt i.t.t. de meeste bloemen zijn bloem hoofdje niet naar de zon, maar hangt als een klokje naar beneden, Voor zijn bestuiving is deze soort vooral afhankelijk van grote hommelsoorten zoals de aardhommel (Zie foto).
Waar
De belangrijkste groeiplaats van de wilde kievitsbloem is langs de oevers van de Vecht en het Zwarte Water in Zwolle. Van oudsher kwam de kievitsbloem voor in gebieden met klei-op-veen en dan vooral de gebieden die ′s winters onder water stonden. De plant kan slecht tegen aanpassingen aan het grondwaterpeil en is op de meeste plaatsen al voor de Tweede Wereldoorlog uitgestorven. In De Heimanshof staat een bloeiende populatie.