Vuurkever is een toepasselijke naam voor een groep kevers die knalrood gekleurd zijn. Ze heten daarom ook wel kardinaalskevers (omdat ook kardinalen in rood gekleed zijn). Op de foto de roodkopvuurkever. In Nederland komt ook de zwartkopvuurkever voor. Beide soorten zijn zeer algemeen in Nederland. Wereldwijd zijn er ongeveer 150 soorten vuurkevers. Vuurkevers lijken een beetje op Soldaatjes. Daar komen zo’n 50 soorten van voor in Nederland. Ook in gedrag lijken ze op vuurkevers maar Soldaatjes zijn zogenaamde weekschildkevers. Hun dekschilden die bij de meeste kevers uit hard chitine bestaan, zijn zacht.
Bijzonder
Vuurkevers hebben een opvallende kleur en dat is niet voor niets. Zoals vaak zijn opvallende kleuren een waarschuwingsteken voor vogels en anders jagers dat ze giftig of niet lekker zijn. Vuurkevers en met name de mannetjes verzamelen een vettig gif: Cantharidine. Dat likken ze op van een andere keverfamilie: de oliekevers, die die stof voor zichzelf aanmaken. Vogels laten het wel uit hun hoofd om een vuurkever te pakken als ze dat eenmaal eerder hebben gedaan. Extra bijzonder aan de vuurkevers is, dat het mannetje dat stofje bij de paring overdraagt aan het vrouwtje zodat ook zij beschermt is en zij draagt dat weer over bij de eitjes. De eitjes worden onder de bast van bomen die net dood gegaan zijn, gelegd. De larven doen er 2-3 jaar over om volwassen te worden en leven in die tijd vooral van schimmels. In die 2-3 jaar maken ze de bast los van het hout. De leefruimte tussen schors en hout wordt gevuld met een los poeder van uitwerpselen en verteerd hout.
Waar
Vuurkevers leven in loofbossen en aan bosranden. Volwassen exemplaren van zowel Soldaatjes als Vuurkevers tref je vaak op bloemen aan, vooral op schermbloemen zoals wilde peen, berenklauw, etc. Ze eten daar wel nectar en stuifmeel maar zijn vooral op jacht naar kleine insecten zoals muggen en vliegjes waar ze op jagen.