De meeste mensen zien natuur als het zich opdringt als grote gekleurde vlakken zoals tulpen-of klaprozenvelden. Maar dat komt maar zelden voor. Wat voor een veldbioloog natuur echt mooi en inspirerend maakt, is dat je bijna overal pareltjes kan ontdekken, zowel visueel, via geluid of in de vorm van geuren. Dat vereist een opmerkzame manier van leven, maar dan heb je ook wat: dan wordt elke stap buiten een avontuur. Zo’n ervaring had ik deze week weer eens toen ik in onze nieuwe uitvalsbasis: de Lincolnpark voedseltuin rondkroop in de groentetuin in wording om ongewenste soorten zoals gras te verwijderen. Die groentetuin hebben we op een oud tarweveld gemaakt en om te grond te verbeteren is er compost aangebracht. Het eerst wat ik op die compost zag waren een paar heksenkringen van vroege bruine bekerzwammen. Wel een stuk of 200 van 2 tot 5 cm groot. Toen ik iets beter keek, zaten er allemaal kleine knaloranje korstjes tussen. Dat waren de beginstadia van oranje bekerzwammen of Sinaasappelschilzwammen. Best leuk die felle kleur op die bijna zwarte compost en dat waren er samen wel 500. Bij nog iets beter kijken, zag ik dat over bijna 10 m2 de hele grond bedekt was met zwarte rondjes (foto). De meesten waren afgeplat en sommige hadden ook een bekervorm. Dat is typisch voor de zwarte bekerzwam. Die soort had ik nog nooit gezien en bij nader onderzoek bleek ook waarom. Ze zijn extreem zeldzaam. Er stonden er meer dan 5.000. Deze bekertjes ware ca 1 cm in doorsnede. Ze vielen bijna niet op op de zwarte compost. Misschien is dat ook mede een reden dat ze als extreem zeldzaam beschouwd worden.
Bijzonder
Zwarte bekerzwammen zijn onderwerp van wetenschappelijke studies omdat ze een soort antibioticum maken die helpt tegen (multiresistente?) streptokokken.
Waar
Zwarte bekerzwammen zijn in Nederland minder dan 100 keer waargenomen. Ze komen wel wereldwijd voor op grond (niet hout) waar ze organisch materiaal verteren. In ons geval compost en ook vaak in naaldbossen. Misschien zat er in onze compost ook wel naaldenmateriaal.