Paddenstoelen zijn het meest algemeen in de herfst als het nog warm is, maar ook vochtig en wanner er veel aanbod is aan organisch materiaal om te verteren. Maar het gehele jaar door groeien er soorten, sommige zijn typisch voor april zoals morieljes en andere soorten typisch voor de winter. Zo fleuren de knalrode kelkzwam en het heldergele of oranje trilzwammetje van november tot maart de grauwgekleurde bossen op. Een voordeel van winterpaddenstoelen is dat ze veel langzamer groeien dan in zomer en herfst en dus vaak weken of soms zelfs maanden lang te zien blijven. Deze week kwam ik in mijn eigen tuin op een afgezaagde esdoornstam een nieuwe soort winterzwam tegen in tweevoud: Zie foto. De bovenkant was grauw en vlak (onder op de foto). De onderkant was veel interessanter met een prachtige nervenstructuur en een rand die ‘versierd’ was met donzige lobjes (bovenste).Het bleek een soort te zijn, die heel toepasselijk Waaiertje was genoemd.
Bijzonder
De bovengenoemde nerven worden ook wel aangeduid als kieuwen. Op deze kieuwen groeien de sporenhouders, die openbarsten als de paddenstoel verdroogt. Net als de Judasoorzwam kan deze soort regelmatig verdrogen en weer vocht op nemen en dan weer gewoon verder groeien.In noordelijk streken wordt deze paddenstoel als oneetbaar beschouwd omdat hij nogal taai/rubberachtig is, maar in de tropen waar gewone malse paddenstoelen vaak snel verdrogen of versnotteren, wordt hij wel gewaardeerd omdat hij dat niet doet. Deze soort bevat allerlei stoffen die bruikbare toepassingen hebben gevonden. Zo werd er voor het eerst de stof hydrofobine in ontdekt (nu chemisch nagemaakt) die sterk waterafstotend is. Ook een geneesmiddel tegen baarmoederhalskanker wordt er uit het waaiertje gewonnen.
Waar
Het waaiertje groeit op dode loofhoutstammen, waar die op een zonnige plek liggen. Het is een vrij algemene paddenstoel in Nederland, maar ook wereldwijd. Het is een van de weinige paddenstoelensoorten die wereldwijd voorkomt, behalve op Antarctica.