Dit is de tijd van de winterpaddenstoelen. In herfst en zomer schieten de paddenstoelen als rakketten uit de grond en zijn ook binnen een paar dagen weer weg. Die moeten dus heel snel hun sporen rijp laten worden. In de winter gaat alles veel langzamer. De winterpaddenstoelen zijn daarom ook maandenlang te bewonderen en de hebben lange tijd om zoveel mogelijk sporen te laten verwaaien. Vele winterpaddenstoelen zijn eetbaar. Dat geldt bv voor de Judasoor die je veel in Chinese gerechten vindt. Ze ontlenen hun naam aan hun oorvorm en de overlevering dat ze er groeien sinds Judas met z’n oor aan de scherpe punt van de afgebroken vliertak bleef hangen toen hij er uit schuldgevoel een einde aan wilde maken. Ze smaken zoals ze eruit zien: Een stevige bite van kraakbeen met een peperachtige nasmaak. Het fluweelpootje is ook een heel algemene winterpaddenstoel, die als delicatesse geldt in de horeca en zoetig smaakt. Vooral de hoed. In Azië worden ze gekweekt zonder licht en zien ze er heel wit uit (inzet).
Bijzonder
Hoewel de hoed het lekkerst smaakt (ook rauw) bevat de wat taaiere steel eens immuunsysteem versterkende stof en het mycelium in het hout een werkzame stof tegen kanker. Fluweelpootjes smaken zoetig omdat ze een antivries aanmaken in de vorm van suiker. Dat komt ze goed van pas, want ze komen in de witter pas tevoorschijn na de eerst vorst en kunnen ook vorst goed verdragen. Pas recentelijk is ontdekt dat de makkelijk herkenbare soort toch complexer in elkaar zit. Op basis van sporenkenmerken zijn 3 soorten een variëteit onderscheiden.
De kweekversie van Fluweel pootje is door de NASA meegenomen in de ruimte om het effect van zwaartekracht te onderzoeken. In de ruimte werden de strak gerichte dichte bundels paddenstoelen een wirwar van steeltjes en hoedjes.
Waar
Fluweelpootjes zijn een onmiskenbare en algemene paddenstoel door z’n steel die met fluweel begroeid lijkt en in bundels voorkomt op dood en ziekloofhout van wilgen ,elzen, populieren e.d.(foto)