In deze tijd van het jaar komen er vele paddenstoelen tevoorschijn.
Veel mensen blijven door onbekendheid hangen in het vooroordeel dat ze wel giftig zullen zijn. Maar het helpt om een aantal grote groepen te leren onderscheiden, bolvormige stuifzwammen (bovisten), hoed vormende plaatjeszwammen (een bonte verscheidenheid) en buisjes zwammen (boleten), en staaf of plaatvormige soorten. Dan heb je soorten die de biomassa (hout, bladeren) verteren (saprofytisch), soorten die levende bomen kunnen ziek maken (parasitair) en soorten die samen werken met bomen (symbiotisch). Van deze laatste groep zijn de boleten het school voorbeeld. Een derde indeling is de eetbaarheid: ik ken misschien 500 soorten, verreweg de meeste daarvan zijn eetbaar, maar niet smakelijk (houtig, vezelig, etc), een 40 tal zijn lekker en maar een enkele zoals de aconieten heeft een giftigheid waar de meeste mensen zo bang voor zijn.
Bijzonder
De boleten springen er in alle indelingen uit. Ze hebben buisjes onder de hoek, zijn vaak zeer smakelijk en ze zijn allemaal symbiotisch. Die symbiose werkt als volgt: de schimmel kan bepaalde mineralen vooral uit arme grond wel opnemen en levert die aan de boomwortels (mycorrhiza) die daar voor suikers aan de schimmel levert. Zo kunnen deze bomen vitaal in zeer arme bodems groeien waar ze anders kwarrig zouden zijn.
Een aantal boleten zoals eekhoorntjesbrood en heksenboleet, heb ik al eens behandeld. Maar deze week verscheen er in De Heimanshof een heksen kring van een hele zeldzame soort: de gele ringboleet. Deze soort leeft uitsluitend samen met de lariks boom. En lariksen zijn er in dit deel van Nederland weinig. Die staan vooral in de droge zanderige streken. Maar er staan 3 lariksen op de heemtuin en die hebben ze weten te vinden. Ook de gele ringboleet is eetbaar. Alleen de hoed is zeer slijmerig en die laag kun je beter verwijderen. Een leuke eigenschap van veel boleten is dat ze bij beschadiging blauw kleuren.
Waar
De gele ringboleet is een beschermde zeldzame soort die uitsluitend bij larikswortels groeit en dus vaak op zandgrond. Maar het kan dus ook op de Haarlemmermeerse klei.