De meeste mensen hebben geen idee van de rijkdom van de Nederlandse
natuur is. Toen ik gisteren aan iemand vroeg, hoeveel vogelsoorten er
waren werd een getal van 2000 genoemd. Dan komt, omdat vogels
opvallen, maar met alle zeldzame soorten meegerekend, zijn het er maar
400! Bij zoogdieren praat je over 50 en bij kruiden over 1500 soorten. Bij
paddenstoelen, waar deze column over gaat, speelt het
tegenovergestelde. Mijn gesprekspartner schatte het aantal soorten op
200. De website van de Mycologische vereniging meldt echter, dat er rond
1980 zo´n 3700 soorten bekend waren. En sinds de systematische
registratie in 1980 zijn er maar liefst ruim 1000 nieuwe soorten ontdekt.
Het is dus heel goed mogelijk dat het er wel 6000 zijn. Hoe dat komt, kan
ik illustreren aan een paddenstoel die deze week op mijn pad kwam: de
draadknotszwam. Dit zwammetje is erg klein en lijkt op een wormpje of
een myceliumdraad. Van dit soort kleine paddenstoelensoorten zijn er
duizenden. Ze kunnen korstvormig zijn of draadvormig. Maar allemaal zijn
ze gespecialiseerd in een andere voedingsbodem of groeiperiode. Op elke
tak die u in deze tijd van het jaar oppakt van de grond, leven wel 2-10
verschillende miniscule zwammetjes. Van de ´echt´ paddenstoelen met
duidelijk ontwikkelde vruchtlichamen, bestaan een paar honderd tot 1000
soorten.
Bijzonder
Ons draadknotszwammetje wordt 3-10 cm hoog en heeft een diameter
van 0.5-2 mm. Dit zwammetje heeft een leuke toepassing, die vooral in
Amerika speelt. Daar kan ´s winters heel lang een pak sneeuw op gazons,
golfvelden e.d. liggen, die daardoor vatbaar worden voor een schimmel
die het gras doodt. Door nu de draadknotszwam expres uit te zaaien
wordt deze schadelijke zwam bestreden en jaarlijks miljoenen aan schade
voorkomen.
Waar
De draadknotszwam groeit het liefst in de herfst op gevallen blad,
strooisel en gevallen twijgen. Door zijn kleine formaat wordt hij vaak over
het hoofd gezien, maar is vrij algemeen in Europa en Noord-Amerika.