De grote bonte specht is een vrij grote, kleurrijke vogel van ongeveer 25 cm.
Opvallend zijn de zwart witte patronen op zijn rug en het rood op het achterhoofd en
de onderbuik. Hij voedt zich met insecten, vooral met de larven van kevers die zich
onder de bast ingraven, maar hij eet ook noten, bessen en zaden. Hij hakt zijn nest
het liefst uit, in wat zachtere houtsoorten en begint een aantal verschillende gaten te
hakken voor hij er één uitkiest om te nestelen. Nestkastjes hebben bij deze vogels
geen nut omdat het maken van een nest een onderdeel is van het baltsgedrag. Het
wijfje legt 4-6 witte eieren.
Bijzonder
De grote bonte specht is één van de vogelsoorten die sterk in aantal toenemen. Eén
oorzaak daarvan is ongetwijfeld het gewijzigde boombeleid, waarin meer ruimte is
voor dode takken en stammen. Een andere reden is dat de soort zich goed aanpast
aan de (door de mens bepaalde) omstandigheden. Een leuk voorbeeld daarvan is het
volgende: De grote bonte specht markeert zijn territorium door op een resonerende
dode tak te roffelen. In het voorjaar van 2007 kregen wij van twee plaatsen door dat
spechten ontdekt hebben, dat metaal beter resoneert dan hout: nl. de lichtmasten van
het hockeyveld aan de Wieger Bruinlaan en een schoorsteenkap in Toolenburg.
Een spechtensmidse is een zelf uitgehakte of natuurlijke holte waarin het dier noten
of denneappels in vastklemt om ze open te maken.
De halsbandparkiet is een snel in aantal toenemende concurrent die de neiging heeft
om spechtenholen in bezit te nemen. De meningen zijn nog verdeeld of dit de
spechtenstand wezenlijk schaadt, of dat deze gewoon een nieuw hol uithakt.
Waar
Het verspreidingsgebied beslaat een groot deel van Europa en Noord-Azië. Hij heeft
een voorkeur voor dennenbossen, maar neemt dermate in aantal toe dat hij vaak in
en om woonwijken komt, vooral als het boombestand wat ouder wordt. In de
Haarlemmermeer komen inmiddels honderden paren voor.
Voorkomen: Vrij algemene broed- en standvoel
Status: niet speciaal beschermd