De krakeend is een naaste verwant van de wilde eend. Hij is iets kleiner en zoekt zijn voedsel net als de wilde eend grondelend (staart omhoog en kop naar beneden). Zijn
naam komt van het geluid dat hij maakt: namelijk niet ‘kwak’ maar ‘krak’. De soort is aan twee kenmerken goed te herkennen: de zwarte kleur onder de staart (zie bij het
mannetje op de foto) en de witte spiegel op de vleugel. Deze witte spiegel is ook nog
bij de opgevouwen vleugels te zien (zie bij het vrouwtje op de foto). Oorspronkelijk is
het een broedvogel van de meren en moerassen in de steppen van Midden- en West-
Azië tussen 55 en 40 graden noorderbreedte, maar mogelijk door ontginning van
deze gebieden heeft deze eend zijn areaal westwaarts uitgebreid.
De soort komt ook vaak voor op wateren met allerlei kunstmatige dammen, taluds en
dergelijke; waarschijnlijk vormen de zachte draadalgen en wieren welke op het
stenige substraat groeien een geliefde voedselbron.
Waar
De krakeend is een typische soort van vrij grote wateren. Krakeenden worden dan
ook vooral in de lage delen van Nederland aangetroffen De krakeend leeft op zoet en
brak water. Hij nestelt dicht bij meren, moerassen en poldersloten met rijke
onderwatervegetatie. Ook in de Haarlemmermeer komt de soort als broedvogel voor
en als wintergast. Hoeveel paren hier broeden is ons niet *bekend. Veel groepen
krakeenden verzamelen zich ’s winters in de brede vaarten langs de Geniedijk en de
4 merenweg. Groepjes van 10-30 dieren kunnen vaak worden waargenomen. In één
geval troffen wij in februari een groep van maar liefst 250 dieren aan die zich op het
water en de weilanden rond het fort bij Rijsenhout hadden verzameld.
Bijzonder
Het gaat de krakeend in Nederland voor de wind. Vergeleken met enkele decennia
geleden is de populatie in Nederland geëxplodeerd. In de 1975 was het nog een
zeldzame broedvogel met 550-800 paar in heel Nederland. In het jaar 2000 werd het
aantal broedparen geschat op 6.000 tot 7.000 paar. Sindsdien is het aantal vogels
ongetwijfeld nog verder gestegen.