De vaak panische angst van de mens voor slangen heeft al vele ringslangen het leven gekost. De ringslang is echter niet giftig en totaal ongevaarlijk en eet vooral
amfibieën zoals kikkers en kleine zoogdieren. De slang dankt zijn naam aan de witte
ring om de hals. De gemiddelde lengte is ongeveer een meter, de maximale lengte is
twee meter. Mannetjes zijn kleiner dan vrouwtjes; resp. 90-100 en 120-140
centimeter. Net als andere inheemse reptielen zijn zij streng beschermd.
Bijzonder
Ter verdediging houdt de ringslang zich schijndood. Het dier rolt zich dan op zijn rug,
iets wat levende slangen nooit doen. De slang beweegt niet en kan zelfs een
overtuigende ′lijkenlucht′ afscheiden uit speciale klieren bij de anus.
De ringslang is de enige eierleggende slangensoort in Nederland. De eieren worden
afgezet broedhopen, meestal composthopen waar de temperatuur door broei hoger
is. Er worden gewoonlijk 10-40, maximaal 50 eitjes gelegd, afhankelijk van de grootte
van het vrouwtje. Meerdere vrouwtjes maken soms gebruik van dezelfde broedhoop.
Afhankelijk van de temperatuur komen de jongen na ongeveer twee maanden uit het
ei.
Waar
De ringslang komt in bijna heel Europa voor, behalve boven de poolcirkel. In
Nederland worden de grootste aantallen gevonden aan de randen van het Gooi, de
Utrechtse Heuvelrug, de Veluwe en rond de Oostvaardersplassen.
Ook in en om de Haarlemmermeer komt de ringslang voor. Een vrij grote populatie
bevindt zich rond de Kleine Poel tot de Westeinder. Een onderdeel van die populatie
woonde eens waar nu Schiprol-Rijk ligt. In de jaren tijdens de bouw en daarna zijn
waarschijnlijk alle dieren al of niet opzettelijk omgekomen. Een 2e populatie bewoont
het Haarlemmermeerse bos. Deze groep is waarschijnlijk verbonden met dieren die
rond Haarlem/Schalkwijk leven. Bij de bouw van het Spaarne ziekenhuis en Floriande
zijn net als bij Schiphol Rijk veel dieren omgekomen. Een opgejaagd exemplaar is in
november (tijdens zijn winterslaap!) in Overbos door de dierenambulance opgehaald.
Van een derde groep dieren langs de Ijweg en bij Nieuw Vennep worden ook
regelmatig dieren in nood gemeld. In het voorjaar van 2006 nog een net uit het ei
gekomen jong in de bebouwde kom van Nieuw-Vennep.
Status:Rode lijst: streng beschermd