Op dit moment bloeit de Aardaker met opvallende trossen van lichtpaarse bloemen. De plant klimt omhoog tussen andere planten met behulp van ranken. De Aardaker is
een van de tien beschermde vlinderbloemige planten in Nederland. Deze dankbare
bloeier groeit in akkerranden en in wegbermen op kleigrond. Het is een soort die op
schrale grond groeit tussen de akkerkruiden bij graanvelden. De plant heeft
meerdere lokale namen, die allemaal verband houden met het feit dat de plant
eetbare knolletjes produceert: aardeikel, aardmuis, muizen met staartjes,
varkensnoot, aardnoot, aardkastanje, grondboon, koffieboon, zeugboon en
grondpeer.
Bijzonder
Vroeger werd de soort commercieel verbouwd, onder andere in de provincie Zeeland
en op de Zuid-hollandse eilanden. De eetbare knolletjes zijn pas na 3 – 4 jaar
volgroeid en zijn dan net zo groot als hazelnoten. De plant wortelt tot 70 cm in de
aarde. De knolletjes bevatten vooral suikers en zetmeel en ook eiwitten en vetten. Ze
werden als aardappels gekookt of net als tamme kastanjes gepoft. Vaak dienden ze
ook als koffiesurrogaat of als varkensvoer. Ze konden ook tot plantaardige olie
verwerkt worden. Ook werd in de zestiende eeuw uit de bloemen parfum gewonnen.
Als peulvruchtensoort draagt deze plant bij aan de bodemverbetering (stikstof),
vergelijkbaar met de lupine en luzerne.
Waar
Uit de Haarlemmermeer zijn een paar vindplaatsen bekend, langs de Boslaan en de
Vrije Busbaan in Overbos in Hoofddorp en één vindplaats in Vijfhuizen. Graag horen
wij van andere groeiplaatsen.